Wat deden we nog meer op dat speelterrein? Werd er ook weieens kattenkwaad uit
gehaald? Je zou zeggen, dat daar geen tijd voor was, maar het tegendeel is waar.
Ik herinner me nog dat er op het speelterrein een grote Uniekaas transportbus
stond, die van, Van den Kerker was, die in het huis, waar later Lau Tames (nu zijn
dochter) woonde. In het begin schonken we weinig aandacht aan die bus, maar als
je uit gevoetbald bent en die bus staat er iedere dag, dan ga je toch eens een
keertje op onderzoek uit. Zal hij op slot staan? Je gaat voelen en ja, hij is los, je
stapt in en gaat achter het stuur. Dat was natuurlijk het mooiste. En dan aan alle
knoppen voelen en trekken en aan elkaar vragen: Hoe zal je hem moeten starten?
Even daarna gaat de deur open en staat Jan Stam in de deuropening, "Noh
jongens, wat mooi, mag ik het eens proberen?" Er werd opschoven, Jan keek naar
de bodemplaat, zag de pedalen en drukte een pedaal in en bleef hem ingedrukt
houden. Ook zag hij een ronde knop en drukte daar met zijn andere voet op.
Er kwam gelijk een gegrom uit de motorkap, de motor sloeg aan!
Jan (25-2-43/ 4-12-2001) was wel bekend met het motor gebeuren. Hij had samen
met broer Ruud een motorfiets, een Villiers 125cc waarmee ze weieens in het
laantje van Frans Hes (nu Het Padje) reden.
Een aardigheidje, was het volgende: Moeder Stam had dat alles wel eens bekeken
en zei: "Dat kan ik ook wel!" Jan en Ruud zeiden: "Docht 't niet moeder", maar
moeder stapte op de nog draaiende motor en reed heen en weer in het laantje
met het schort voor!
Dat was een van de laatste ritten met
de motor, want er waren andere
plannen met de motorfiets. Jan had een
model raceauto gezien die de exacte
vorm en model op schaal had, van een
raceauto uit de jaren '20. Jan had het
model zien staan achter het huis bij
iemand aan de Benedenweg (gebr.
Visser?) en dacht: "Tjonge wat een
mooie kar." I lij was er al verschillende
keren langs gereden en die kar stond
Jan en Ruud Stam.
153