spaargeld 3% uit te keren en voor het geleende geld 4.5% te rekenen. Op 2 januari
1904 stapten de pas benoemde bestuursleden naar de notaris en werd de
Coöperatieve Raiffeisenbank officieel opgericht. Kassier F. Smit was ongetrouwd en
was in de kost op Noordeinde 10 (schilder Blok, daarna Bode en later Bastiaans)
een gewoon woonhuis. In de voorkamer werden de klanten ontvangen en werden
de zaken gedaan. In februari 1904 benoemde het bestuur de heer P. Gootjes tot
voorzitter van de jonge bank.
In 1911 vertrok kassier en burgermeester Smit naar Steenderen en werd J. ten
Hoeve aangesteld als de nieuwe kassier. Het kantoor verhuisde van Noordeinde 10
naar Bovenweg 70. Naast kassier bleef ten Hoeve ook hoofd van de school.
Het bankieren bestond hoofdzakelijk uit het innemen en administreren van
spaargelden en het verstrekken van tuinderskredieten. Niet iedereen kwam in
aanmerking voor een lening. Er moest voldoende onderpand zijn en het bestuur
moest het goedkeuren. In die tijd golden andere normen en kon het gebeuren dat de
lening niet door ging, wegens geloof of iets wat in hun ogen niet door de beugel kon.
Het ging goed met de bank en de transacties namen toe. Op een bestuurs
voorstel op de ledenvergadering van 1933, om een renteverhoging in te voeren
voor de verschillende spaargelden en leningen, werd ook vanwege de crisistijd
negatief gereageerd.
Het Baken' met links het woonhuis van ten Hoeve'
100