we die, uit handen van de toenmalige burgemeester Han ter Heegde, mochten
ontvangen.
Mijn overgrootvader Cor Beerse vertrok op 12-jarige leeftijd uit Hoogkarspel naar
Andijk, naar zijn tante Johanna Imming Schaper en werd daar bakkersknecht.
Daarna werkte hij als bakkersknecht in Grootebroek. In 1903 vertrok hij naar
Koedijk waar hij de bakkerij kocht van Klaas Sagekuele en ging daar wonen met
Maria Bak, die daar ook familie had wonen.
Een aantal zonen die uit dit huwelijk voortkwamen werden door pa opgeleid tot
bakkersknecht en gingen later als zelfstandig bakker verder. Ome Tinus in Petten,
ome Jan in Bakkum, ome Jaap in Breezand en ome Cees in Heiloo. Deze bakkerijen
bestaan geen van allen meer.
De oudste zoon van het gezin kwam toen als eerste in
aanmerking voor de voortzetting van de familiebakkerij.
Mijn opa Nico kwam die eer te beurt en deed dit vanaf
de jaren 30. Er is uit die tijd alleen nog een jaarrekening
gevonden (1947) waarop te zien is dat er geld werd
verdiend (niet wat ervoor gebeuren moest).
Zoals alle bakkers dat deden in die tijd, werd
's morgens uitgevent wat er 's nachts was gebakken.
Alle klanten werden iedere dag bezocht, waarbij
er een keer in
de week werd afgerekend als er weer loon
was uitbetaald. De wijken waarin werd
gevent, dijden uit naarmate de kinderen uit
de gezinnen op zichzelf gingen wonen en
verhuisden naar Alkmaar. De bakker verhuisde
als het ware mee! Dus in de jaren 60 en 70
brachten wij ons brood ook naar Oudorp
en Alkmaar (Rooie dorp, Ooievaarsnest en
Spoorbuurt bv.). Eerst met de bakfiets en later
met de motorbakfiets.
Ome Jaap
Opa Nico