Dit leidde uiteindelijk tot het omkaden van de Beverkoog en het aanleggen van
een lange toevoerleiding naar het noorden, zodat de "nieuwe molen" zoals hij op
sommige kaarten wordt genoemd, een dubbelfunctie kreeg.
Door middel van afsluitbare duikers kon zo dus zowel de Geestmerambachtpolder
als de Beverkoogpolder bemalen worden, met voorrang van eerstgenoemde. Deze
dubbelfunctie bleef waarschijnlijk van kracht tot 1871 toen de Beverkoog deel ging
uitmaken van de Westbeverkoog en een eigen bemaling kreeg. Maar kort en goed,
als Agnes van Wassenaer er niet was geweestHelaas is zij voor ons tot op heden
niet meer dan een naam en dat maakt het toch tot een beetje mager adres voor
onze dankbaarheid.
Des te aardiger was het om te ontdekken dat van de toenmalige dijkgraaf van de
Geestmerambachtpolder, Nanning van Veen, een prachtig portret is gemaakt door
de bekende Alkmaarse schilder Caesar van
Everdingen. Het schilderij dateert uit 1656
en toont een rijk uitgedoste en overduidelijk
een hoogstaande man die je maar moeilijk
kunt verbinden met het wat lompe en grove
werktuig dat de Twuyvermolen toch is.
"Een beer van een molen", kopte eens een
regionale krant. Maar des te meer doet het
ons realiseren dat het de toenmalige rijke
stedelingen waren die aan de basis hebben
gestaan van de droogmakingen in onze
contreien. Dus voor wie het niet zo heeft op
stadse fratsen
Nanning van Veen was overigens niet alleen dijkgraaf van de Geestmerambacht
polder van 1650 tot 1678, maar tevens jarenlang baljuw en dijkgraaf van de Zijpe
en Wieringerwaard, hoofdingeland van de Schermer en kerkmeester van de Grote
Kerk van Alkmaar. Zijn wapens staan nog op de voet van de preekstoel van deze
kerk waar hij ook is begraven. Al met al zijn er vele verhalen over Nanning van
Veen opgetekend en bewaard gebleven en daarmee krijgt hij voor ons kleur en zou
hij zo maar een mogelijke kandidaat zijn die onze dankbaarheid in ontvangst zou
kunnen nemen.
Nanning van Veen geschilderd door Caesar van Everdingen
72