op woensdagmiddag. En Irene oefende er, eerst de trommelaars en dan de fanfare.
Als de fanfare aan de beurt was, lagen wij al in bed en konden we de dirigent horen
bulderen. Later, toen de sportzaal aan de Vinkenlaan in gebruik werd genomen en
de oude gymzaal niet meer werd gebruikt, mochten wij er in de ringen hangen en
paaltjes voetbal spelen.
Ik was gek van voetbal, hoe kon het anders, als kind tussen twee broers. Jongens
gingen voetbalen bij Vrone of bij BOL, openbaar of christelijk. Om tegemoet te
komen aan ouders die niet wilden dat hun zoon op zondag voetbalden, richtte
Vrone een zaterdagafdeling op en daarom kon Menno naar Vrone. Mijn moeder had
dat Piet Smit beloofd. Mister Vrone Piet Smit, wie kende hem in die tijd niet, kwam
aan de deur bij gezinnen in Sint Pancras waar een zoon was geboren. En Piet vroeg
op een toon die geen tegenspraak duldde: 'Jouw zoon komt toch ook bij Vrone!?'
In die tijd voetbalde ik zelf ook veel, op het plein bij de school en op het veldje
met Menno en zijn vrienden. We mochten een stuk grond gebruiken, eerst aan
de Vinkenlaan, nu Destreelaan, op de plaats van de begraafplaats. Daar moesten
we weg, maar we kregen een alternatief in de vorm van een veld aan de overkant,
schuin achter het huidige zwembad. Weer of geen weer, daar voetbalden we. Als het
enige meisje dat mee mocht doen, moest ik meestal wel op doel. DKBV noemden
we ons, de kleine beste voetballertjes.
Familiebedrijf
Mijn vader was hoofd van de school, maar in feite was het een familiebedrijf. Haast
elke dag en ook in het weekend kwamen er na schooltijd kinderen bij ons aan de
deur die hun jas waren vergeten, hun tas of hun huiswerk. Mijn moeder verzorgde
in de pauze de koffie voor de onderwijzers en onderwijzeressen, jarenlang gaf ze
ook zelf les. Voor ons als gezin hield het in dat het leven in het teken stond van
de school. Zelfs in de zomervakanties bleven we thuis, er moest altijd wel iets op
of rond het schoolgebouw gebeuren, wij kinderen konden toch op het plein spelen;
mijn vader huldigde de opvatting dat het nergens beter was dan in Sint Pancras.
In de jaren zestig, zeventig ook nog, was de scheiding tussen religie vrij strikt in
het dorp. Katholieke kinderen gingen naar meester Scheer, in het zuidelijk deel
van het dorp, protestante gingen naar Brandsma in het midden, en openbaren
naar meester Stokkel in het noorden. We troffen elkaar tijdens sportdagen op het
Vrone-veld en als we tegen elkaar moesten voet- of handballen. Handballen deden
130