deportatie in aanmerking kwamen. Doordat tante Alie een nieraanval kreeg, werden zij en ome Jo ondergebracht in het ziekenhuis 'De Joodse Invaliden aan het Weesperplein. Daar zijn ze in maart 1944 weggehaald door geüniformeerde 4Duitsersdie hen in een legervoertuig naar het Centraal Station brachten, waar zij op de trein werden gezet. Deze zogenaamde Duitsers maakten zich tijdens deze 'trip' kenbaar als verzetsmensen die hen naar een veilig adres in de provincie zouden brengen. In Alkmaar zijn ze later onder begeleiding op de streekbus overgestapt. Bij een halte aan de Bovenweg verlieten ze de bus, onopvallend vergezeld door iemand die voor hen uit liep. Door een voor derden onmerkbaar teken van deze 'gids' wisten ze bij welk huis ze het erf op moesten lopen. Zo althans is de gang van zaken geweest volgens de overlevering. Hoe zouden ze zich aangediend hebben, hoe zouden ze ontvangen zijn? Ik weet het niet... de familieverhalen legden vooral accent op de stunt van de 'Duitsers'. Het onderkomen van deze joodse onderduikers was een ruimte onder het huis, te bereiken via een luik in de keukenvloer, waar gewoon een mat over gelegd werd. Als de kust veilig was, kwamen ze onder de vloer vandaan om even hun benen te strekken. Hoe de verhouding geweest zal zijn tussen de tijd in het ondergrondse verblijf en die in de vrije ruimte boven de grond, is mij niet bekend. We kunnen er voetstoots van uitgaan dat die 'vrije' ruimte niet echt vrij was. Op zekere dag - het zal wel mooi weer geweest zijn - konden ze het niet laten een luchtje te scheppen, staande in de deuropening van het achterhok. De kust leek veilig. Bovenweg 34 76 w

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

De Klin - Sint Pancras | 2013 | | pagina 78