Het Jeugdhuis krijgt in 1986 een doorstart met een nieuw bestuur, te weten; Rob
Boersen (voorzitter), Theo Dronkert, Bart Tol, Ronald Veenstra, Henk Dekker, Carla
Groot en Marco Reese. Na het debacle van 1985 heeft de gemeente het vertrouwen
in de financiën van het Jeugdhuis verloren. Een doorstart kan alleen als met name
het penningmeesterschap onder curatele van een begeleidingscommissie staat.
Daarbij moet het Jeugdhuis met een gezond en waterdicht activiteitenplan komen
om de twijfels bij de gemeente geheel weg te nemen. Het plan komt er en wordt
goedgekeurd. De focus van de activiteiten verschuift enigszins richting een jongere en
grotere doelgroep en het zwaartepunt komt wat minder op de bandavonden te liggen.
De activiteiten worden uitgebreid met onder andere; workshops, zaalvoetbalteam,
tienerdisco, bouwdorp, muziek thema-avonden, theater, denksporten, etc. Voorlopig
wordt het houden van een popfestival even op de lange baan geschoven.
Aan het woord is Rob Boersen:
Zat vanaf ongeveer 1985 tot halverwege 1989 in het bestuur als voorzitter samen
met; Carla Groot, Bart Tol, Theo Dronkert, Marco Reese, Marleen Laan, Ronald
Veenstra en Henk Dekker. Kort na mijn aantreden was Marleen Laan opgestapt en
vervangen door Dennis Bakker.
'Ik weet nog dat toen ik begon als voorzitter we nog met een schuld zaten als gevolg
van het popfestival in de tent. Die restschuld moest dus eerst van tafel alvorens de
deuren van het Jeugdhuis te kunnen openen. Mede dankzij het bemiddelen van
Bram de Visser en de toenmalig wethouder Rob de Boer is na een jaar van geen
activiteiten de rekening van de schuldeisers voldaan en is het open gegaan. Door
periodieke controles en overleg met de wethouder en een begeleidingscommissie
werden onze financiële gangen goed in de gaten gehouden. De diversiteit van het
bestuur maakte dat het aanbod van het Jeugdhuis redelijk breed werd gedragen.
Van de activiteiten herinneren ik me dat er om de twee weken een band speelde.
Later ook cabaret met onder andere namen als; Bert Visscher en N.U.H.R.
De relatie met de gemeente was goed. We hadden voornamelijk contact met
Rob de Boer. Dit had ook te maken met het feit dat het financieel goed ging en dat
de klachten met de buurt aangepakt werden. Na bezoekjes aan diverse buren bleek
dat er slechts één bewoner het geluid van het Jeugdhuis als overlast ervoer. Door
het naleven van strakke openingstijden zorgden we ervoor dat de overlast enigszins
dragelijk was.'