Naast het feit dat de dames het hier koud vonden, dat de prijzen hoger lagen dan
verwacht en dat er streng toezicht was, waren er veel positieve ervaringen.
Er was totaal geen discriminatie. Integendeel, de mensen waren erg aardig, wèl
nieuwsgierig, maar tevens
behulpzaam. In hun vrije tijd
werden de eerste stappen gezet
in het uitgaansleven. Naast de
Joegoslavische muziek, die zij op
hun kamer afspeelden (nog wel
eens tot ergernis van de buren)
wilden zij toch ook wel ervaring
opdoen met de uitgaanscultuur
in Sint Pancras en de regio.
Zij kregen wel als consigne mee
om door de week èn op zondag
's avonds om 10.30 uur binnen
te zijn, maar op zaterdagavond
om 12.00 uur!
Achter de tafel: links Cees en Olga, rechts achteraan: Jaap Kroonenburg
Of dat wel eens uit de hand is gelopen heb ik van de dames niet gehoord-
Na enige tijd hun heil te hebben gezocht bij Piet Kuilman, de plaatselijke
caféhouder, werd het 'jachtgebied' groter en kwamen uitgaanscentra in Alkmaar
(bv. Club Seven) en Bergen in beeld. Zij maakten kennis met de regionale
uitgaanscultuur en verbaasden zich over het feit, dat mannen en vrouwen met
elkaar in de cafés rookten en dronken. Een 'losgeslagen boel' in hun ogen, maar
ja... alles went. In het begin hadden zij wel iets vann: 'Goed kijken, weinig zeggen!'
Zij leerden natuurlijk ook jongens uit Sint Pancras kennen, zoals Jelle Kuiper, de
gebroeders Jack en Adri Bouma, Cor Slijker en Cees Goesinne. Die kennismakingen
hebben er uiteindelijk toe geleid, dat Amor zijn werk deed: Cees kreeg verkering
met Olga, Jelle met Dika en Cor met Olivera. Het werden serieuze relaties en de drie
Joegoslavische modinettes trouwden met de Pancrasser jongens.
Vóór die tijd hadden de dames intussen de nodige kennis opgedaan met betrekking
tot de taal en de gewoonten van hier. Zij moesten zich m.n. deels aanpassen aan