Vogels in en om ons dorp
In Klin 2007 en 2008 zijn de vogels besproken die uit ons dorp zijn verdwenen. Gelukkig
zijn er ook vogels, die we vroeger niet of nauwelijks zagen, maar die zich nu bij ons hebben
gevestigd. Over deze vogels ga ik in deze aflevering iets vertellen.
Grote bonte specht
(Dendrocopos major)
Het vroege voorjaar is de meest geschikte
tijd om deze specht te zien, die al een aantal
jaren in ons dorp woont.
Er zit dan nog geen blad aan de bomen en
de vogel is dan minder schuw dan gewoonlijk.
Zij zijn in het veld van andere vogels te onder
scheiden door hun golvende vlucht en hun
roep 'krek'. Heeft u hem niet kunnen zien,
dan kunt u hem horen aan zijn roffel, dit doet
hij in het voorjaar regelmatig met zo'n 10-16
tikken in een seconde. Het roffelen dient ter
afbakening van het territorium en hij doet dit zonder hoofdpijn te krijgen. De specht kiest
hiervoor graag een boom uit met een korte zijtak, het geluid wordt door het meetrillen van de
tak versterkt.
Soms kiezen zij iets anders uit om tegen te roffelen. Laatst stond in de krant, dat er een specht
iedere ochtend tegen de balustrade van een flat aan het roffelen was, niemand had meer een
wekker nodig.
Als er een nest moet worden gemaakt, hakt de specht eerst een cirkel met een middellijn van
5 cm uit, dat aangeeft waar het vlieggat zal komen. Daarna begint hij met het maken van de
nestholte, dit is een koker van ongeveer 20 cm diep.
Soms gebruiken de vogels hetzelfde nest
verscheidene jaren, maar ieder jaar vindt
dan eerst een grote schoonmaak plaats. De
bodem wordt grondig gereinigd en zover
uitgehakt tot er weer vers hout tevoorschijn
komt. De 4 tot 7 witte eieren worden door
beide ouders 2 weken bebroed, als de jonge
vogels zijn geboren worden de uitwerpse
len niet door de ouders ingeslikt, maar als
'pakketjes' weggebracht. Als de jongen 3
weken oud zijn verlaten zij het nest.
In de winter lust de specht graag de olie
houdende zaden van de dennenappels, deze
89
