Het college deed het volgende voorstel:
1. De heer W. Jonker, Koedijk
2. De heer Gosliga, Noord Schermer
3. De heer Over der Linden, Beets-Oudendijk
De raad ging niet meteen over tot stemming, maar ging eerst 'in comité' geheim vergaderen.
Vermoedelijk wilden de heren meer inlichtingen hebben over de kandidaten. Omdat het over
personen ging, moest het besprokene geheim blijven en was dit gedeelte van de vergadering
niet openbaar en mocht er geen publiek bij zijn. Gezien de uitslag van stemming zal er ook ge
vraagd zijn of er onder de 30 sollicitanten nog meer 'eigen' mensen waren voor de vacante be
trekking. Zodra de vragen en meningen van de raadsleden waren aangehoord en beantwoord
werd de openbare vergadering weer geopend. De leden van de raad hadden de gelegenheid om
in het bijzijn van het publiek hun vragen te stellen en hun meningen te uiten en toen ook dit
was afgehandeld kon tot de stemming over het bovenstaand voorstel worden overgegaan.
Nadat de stembriefjes waren opgehaald en geopend bleek de uitslag te zijn
1. W. Jonker, Koedijk: 5 stemmen.
2. K. Ramaker, Koedijk: 2 stemmen
Enkele maanden later trad de gemeenteambtenaar Willem Jonker officieel in dienst als
secretaris-ontvanger van de gemeente Koedijk. Wetend dat het publiek vaak 'de ambtenaar'
zag als iemand die zich ver boven het gewone volk verheven voelde deed hij zijn uiterste best
om naast de gewone man te staan, want de gemeentenaren waren er niet voor hem maar hij
was er voor hen!
Dat hij hierin slaagde blijkt uit het feit dat hij na enige tijd uit zijn hoofd naam en adres van
alle bewoners van de Kanaaldijk wist te noemen. De Koedijker ingezetenen wisten al gauw,
en maakten veelvuldig gebruik van deze wetenschap, dat ze bij hun secretaris om raad kon
den aankloppen wanneer ze in de problemen zaten, want die hielp hen voorzover dit in zijn
vermogen lag. Ook bleef hij niet op de achtergrond staan van het Koedijker verenigingsleven.
In tegendeel: hij was secretaris van voetbalvereniging S.V. Koedijk, organiseerde een gezamen
lijke inkoop van stencil- en kopieerpapier voor Koedijker en Pancrasser sportverenigingen en
scholen. Hij was penningmeester en tegelijk secretaris van 'De Laatste Eer', ook fungeerde hij
als bestuurslid van 'Zonnehof.
Jammer dat niet zo lang na zijn benoeming als gemeentesecretaris en ontvanger van Koedijk
er donkere wolken aan de hemel verschenen. Burgemeester Landman had ze zachtjes aan
gekondigd toen hij in de raadsvergadering van januari 1961 sprak over de ver strekkende
gevolgen van het nieuwe Streekplan. In dit streekplan werd aangegeven hoe het gebied in onze
omgeving in de naaste toekomst gebruikt zou kunnen worden, waar industriegebied werd
gedacht, waar woningbouw, agrarisch gebruik, recreatie enz., Ook werd er in vermeld dat de
Overloop van het verstedelijkte gebied van Noord- en Zuid-Holland elders moest worden
opgevangen. Hiervoor werd vooral gekeken naar Kennemerland en West-Friesland.
De gemeente Alkmaar trok daaruit de conclusie dat zij de kar van de woningbouw moest
gaan trekken en wilde daarom Oudorp, Sint Pancras en Koedijk geheel annexeren en verder
