armste en meest achtergebleven landen van West-Europa. Er was nauwelijks zoiets als een
industriële ontwikkeling. In 1850 werd in Nederland slechts 4 van de machinale kracht door
stoom opgewekt. In Engeland was dat toen al 50 Gelukkig was er vooruitgang te bespeuren
in die arme periode.. Kennis is in dit opzicht enorm belangrijk. Het volksonderwijs een erfenis
van de franse bezetting) breidde zich gestadig uit.
Savoie gele kool wordt aangevoerd door de vaders Bakker (achteraan) met hun twee zonen
Naar voorbeeld van Engeland begon men na 1850 aan de modernisering van de Nederlandse
infrastructuur. De basis hiervan was al gelegd door van koning Willem I. Onder zijn bewind
kreeg Nederland een net van spoorwegen. Er werden kanalen gegraven. De wetgeving werd
gemoderniseerd. Overal in het land verschenen er telefoonpalen. In de tweede helft van de 19e
eeuw werd een economische ontwikkeling in gang gezet. Zo mogelijk een absolute vrijhandel
was de leidraad van de toenmalige regering.
Op die manier kreeg men in de laatste dertig jaar van de 19e eeuw een inhaalslag in Nederland
die men het beste kan vergelijken met de ontwikkelingen in Z.O. Azië na de tweede wereldoor
log. Door de ligging van ons land kon men volop profiteren van de industriële ontwikkelingen.
Met name van Duitsland en Engeland.
De gevolgen waren snel merkbaar. De grote steden: Den Haag, Rotterdam, Amsterdam en
Utrecht, ingedut na twee eeuwen stagnatie zagen in 25 jaar tijd hun bevolking verviervoudigen.
Al deze ontwikkelingen gingen niet ongemerkt voorbij aan het platteland. De grotere behoefte
aan voedsel zorgde er voor dat het traditionele patroon van teelt en afzet werd achterhaald.
Nieuwe land en tuinbouwgebieden ontstonden en voor de afzet van deze producten werd
er naar nieuwe wegen gezocht. Ook in de van oudsher bekende tuinbouwgebieden zoals
100