23. Kant en Kappenkant, wat weet u ervan? Kant heeft iets frivools en intrigerends en lijkt voor de buitenstaander een eindeloos pietepeuterwerk voordat er resultaat komt. Er zijn twee officiële technieken Naaldkant en kloskant. Kloskant wordt gemaakt door draden op klosjes gewikkeld in een be paalde volgorde te vlechten. De verschillende wisselingen van de draden in dit vlechtwerk worden "sla gen" genoemd, zoals linnenslag en netslag. Op een kussen wordt de klos kant met spelden op z'n plaats gehouden en daarom heette dit vroeger "speldenwerk". Een dicht motief is meestal gemaakt in linnenslag. Voor een opengewerkte achtergrond zijn per plaats verschillende slagen gebruikt. Zo bestaat er o.a. Rijsselse, Mechelse en Valenciennes kloskant. Naaldkant is een soort borduren zonder stof. Eerst worden kontoerdra- den in een bepaald patroon op een stuk stof of papier gelegd en met steek jes vastgezet. Het patroon kan zo niet meer verschuiven. De kontoerdraden worden nu met een festonsteek geborduurd; de draden worden bedekt en tussenliggende openingen opgevuld.Tot slot worden de kontoerdraden losgeknipt en komt de naaldkant los van de ondergrond. In ons lokale museum Zo was 't is kant te zien zoals dat vroeger gedragen werd. Daarom vroegen wij om meer informatie over de achtergronden en eventuele plaatselijke ontwikkelingen. Onderstaand de reactie van Geeske Stojanovic: -o-o-o-o-o-o-o- 83 Geeske aan het kantklossen

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

De Klin - Sint Pancras | 2008 | | pagina 85