Na 1850 kwam petroleum in grote hoeveelheden beschikbaar en werd het populair voor verwarming en verlichting, speciaal op het platteland en aan boord van schepen. Later in de 19-de eeuw werden rijke olievelden aange boord in Oost-Europa en Amerika en kwam de kachel-industrie daar goed op gang. Men experimenteerde in laboratoria en wist tenslotte in een des- tilleerproces de olie te splitsen in verschillende producten waarna men de zaak professioneel ging aanpakken en er raffinaderijen kwamen. Shell, Esso,Texaco etc. etc. en er ontstonden markten voor asfalt, teer, stookolie, huisbrandolie, diese, olie, petroleum, benzine en kerosine. De stookolie verloor snel terrein aan het gas, door de vondst van grote gasvelden in het noorden van Nederland, o.a. bij Slochteren De kostprijs was veel lager en het warmte-rendement was groter. Geen gesleep meer met vaten olie, maar gewoon een simpele gasleiding. Schoon en eenvoudig en goedkoop. Voor petrolie ging je meestal naar Arie Hoogland tegenover het Pauwelaantje, of naar manke Dirk Ploeger, die met de petrolie-wagen kwam. Die tapte het met een kraantje in je oliekan. En dan Louw Rood van de Achterweg die ook later Butagas in flessen ver kocht. Zo ook Jan Mes die in het Zuideinde woonde, aan de Benedenweg. Gas. Ca 1700 had men reeds door dat er bij de verhitting van steenkool ook een gas vrij komt dat erg brandbaar is en men ging het gas winnen in speciale fabrieken. In ca. 1900 werd stadsgas op grote schaal gewonnen door gasfa brieken, die dat gas opsloegen in grote gashou ders (zoals er ook een in Sint Pancras stond aan de Bovenweg tegenover de plek waar bakkerij Koning stond (voorheen Verkuyl), waarna men via leidingen de huishoudens kon beleveren. Dit zg. stadsgas vergde natuurlijk wel een con tinu aanvoer van steenkool en gaf behoorlijke problemen aan het milieu. Wij kregen ons gas van de gasfabriek in Noord Scharwoude (Jacob Kroonenburg was bestuurslid) en de beheer ders van onze gashouder waren Jacob Miesen en Jan Gutter. Die gashouder was nodig want de gasdruk was hier erg laag en wanneer men in de noordelijke dorpen veel gas gebruikte dan kreeg men hier de piepers niet gaar!! 36 Pelgrim gaskachel type Bambino ca. 1999

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

De Klin - Sint Pancras | 2008 | | pagina 38