14. Wij lazen in het boek "gedichten"
van C. Yosmaer (1882):
47
Wat al letterlekkernij
Louter dicht en poezij;
Lettren, zoet van ingewand,
Door Parnasvuur fraai gebrand.
Wat een "stemmingvol"banket
Wordt ons hier al voorgezet!
Marsepijnen dweeperharten,
In- en buitenlandsche tarten;
Deege beelden in sonnetten,
Teedre borstplaatzangcoupletten,
Filosoofsche speculatie,
Malsche minnemeditatie,
Rijmpralines, chocolaten
In antiek'of nieuwe maten,
Daartoe appels van Oranje,
Ooft van Oost en bloem van Spanje,-
Gun, o Sint her Claes, te vragen:
Hoe moet smaak en maag 't verdragen?