19. Wat weet u van onze beeldende kunstenaars? In verschillende huizen in ons dorp hangen schilderijen, tekeningen of prenten aan de wand. Soms echt, soms een reproductie, maar om een of andere reden altijd interessant. Maar wat weet u van onze schilders? In de volgende Klin wellicht een lokaal talent) Jan Steen. Geboren in Leiden in het jaar 1626 als zoon van een welvarende bierbrou wer, Havick Steen. Was wel vroeg geïnteresseerd in tekenen en de schone kunsten, maar niets wees nog op een uitzonderlijk talent. Werd ingeschreven als student en ging letteren studeren in 1646. Was in die tijd meer bezig met tekenen en schilderen en was een van de oprich ters van het Sint-Lucas gilde in Leiden. In die tijd leerde hij veel van o.a. Adriaan van Ostade (in Haarlem) en van Jan van Goyen (den Haag) en was een leergierig genie en beheerste al snel alle technieken volkomen. Niet alleen was hij erg nieuwschierig naar de kennis van zijn leermeester, maar had ook grote aandacht voor diens dochter Margaretha (Grietje) van Goyen, waarmede hij in 1649 trouwde. Hij blijft tot 1654 in Den Haag en wordt later adj. directeur van een bier brouwerij van zijn vader in Delft.Wordt een mislukking en in 1661 vertrekt hij met gezin naar Haarlem. Heeft intussen 5 kinderen bij Grietje waar hij dol op was en zij en de kinderen zijn vaak te herkennen op schilderijen. Helaas sterft Grietje in 1669- Daarna hertrouwt Jan Steen en vestigt zich voorgoed in Leiden waar hij in 1679 sterft. Jan Steen heeft een geheel eigen stijl of liever nog stijlen. Zeer herkenbaar, hoewel hij voor nieuwe ideeën veel ging shoppen bij tijdgenoten zoals Gerard Dou, Frans van Mieris, Jan van Goyen, Adriaan van Ostade, Gabriel Metsu en Pieter de Hooch. Jan Steen heeft een enorme hoeveelheid schil derijen gemaakt, groot en klein, aanvankelijk in sombere tinten maar later met veel kleur. Schilderijen met landschappen, marktscènes, portretten, het schoolleven, kermissen, interieurs, kroegen, bordelen, slaapkamers, stil levens, bijbelse voorstellingen en het boerenleven. Zijn schilderijen zijn vaak hele verhalen en hij liet zijn figuren als het ware spreken om de toe schouwer zijn bedoelingen te laten zien en ervaren. Soms bracht hij zelfs opschriften aan, wat in die tijd ongebruikelijk was. Helaas heeft hij ook zeer vaak nagelaten om de schilderijen te dateren. Hij was in feite ook nooit met een enkele opdracht bezig, maar deed talloze dingen tegelijkertijd 84

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

De Klin - Sint Pancras | 2006 | | pagina 86