Zij zijn uiteindelijk, zoals een ieder tenslotte, overleden en in St. Pancras
ook begraven.
Jacob Kerkmeer was timmerman geworden bij een aannemer in Heerhu-
gowaard en onderhield o.a. windmolens, die toen in het begin 1900 nog
veel in bedrijf waren om o.a. de polder Heerhugowaard droog te houden.
Bij een van zijn klussen aan de wieken is hij van een grote hoogte hier uit
gevallen. Niets gebroken maar wel erg geschrokken natuurlijk, door direct
weer in de wiek te klimmen voorkwam hij dat angst de overhand hiervoor
zou krijgen.
Ook bij deze man gebeurde het gebruikelijke lot, dat twee elkaar kompleet
tegenovergestelde karakters, zich tot elkaar voelden aangetrokken.
Zo staat in het huwelijksregister, dat Jacob Kerkmeer, van beroep timmer
man, oud eenentwintig jaren, geboren te Alkmaar en inwonend te Oudorp,
verscheen voor de ambtenaar van de burgerlijken stand van de Gemeente
Oudorp op den tienden juni negentienhonderd. Minderjarige zoon van
Willem Kerkmeer, van beroep koopman, en Maartje Smit zonder beroep.
Cornelia Petronella Koeman, zonder beroep oud eenentwintig jaren, min
derjarige dochter van Cornelis Koeman van beroep Jager en van Dieuwer-
tje Bregman zonder beroep beiden wonende alhier. Huwelijks afkondiging
is gedaan op zevenentwintigste mei dezes jaar. Vermeldingwaardig is dat
de bruidegom het bewijs van aan de nationale militie heeft voldaan. Getui
gen waren zijn twee broers Willem en Klaas. Zo, dat huwelijk staat intussen
vast. De modernste techniek had de toekomst moeten zij ook in Heerhu
gowaard hebben gedacht en bouwden een stoomgemaal om de polder
voortaan, ook als er geen wind was, droog te kunnen houden.
Al snel werd Jacob Kerkmeer als machinist aangesteld op het gemaal nabij
Oterleek.
Het gezinnetje woonde achter het watermachien zoals dat werd genoemd,
samen met een stoker. Er werden uiteindelijk zeven kinderen geboren, (in
stoomvaart) waarvan vier dochters en dus drie zonen. De eerst geborene
was dus Marietje, die later mijn moeder zou gaan worden. Maria is geboren
op 15 augustus 1901 en haar eerste broertje kwam drie jaar later op 4 april
1903 en werd mijn Oom Cor of eigelijk Cornelis.
De geboorteritmes liepen parallel met de armoede, want Wint diende zich
op 17 september 1905 aan, daarna was het Dieuwertje die op 14 maart
1907 het levenslicht aanschouwde.
67