12. De kapperswinkel van Möls van 1941 tot 1965
39
Mijn moeder heeft in 2004 al eens wat informatie gegeven over de evacuatie
van ons gezin van Den Helder naar St. Pancras,Toen mijn vader in 1941 niet
meer kon werken als kapper in Den Helder heeft bij in St. Pancras een "kap
perszaak" opgezet. een hoekje in een kippenschuur op een aflopend pad
achter Bovenweg 65
Omdat er op het dorp al kappers zaten zoals Pool, Kramer, Huibers en
dameskapster Zeegers was er veel concurrentie en neringnijd, wat logisch
was. Mijn vader ging met zijn prijs wat lager en kreeg zodoende ook een
behoorlijk aantal klanten, want ook toen gold al dat je ieder dubbeltje
maar een keer uit kon geven. Veel inkomen gaf dat niet en er was altijd
tekort. Daar heb ik zelf niet veel van gemerkt want je was het gewend. In
de winter van 1947 lag er sneeuw tot aan het dak, maar toen het begon
te smelten stond er we 20 tot 25 cm water door het hele huis; overal lagen
stenen met hout er op om met droge voeten door het huis te komen. In de
slaapkamer lag een soort vlot waarmee we 's avonds naar bed werden
gebracht en s morgens weer terug. Dat was natuurlijk een hele ongezonde
situatie en dat moest snel worden opgelost. We wilden een ander huis. Het
gemeentebestuur toen wilde dat we weer terug gingen naar Den Helder,
maar dat wilden mijn ouders niet. Ze wilden in St. Pancras blijven omdat ze
zich hier na 6 jaar thuis voelden. Mijn vader heeft gedreigd met een stuk in
de krant en foto's als we niet werden geholpen. De volgende dag konden
we verhuizen. Mijn vader kon gaan knippen en scheren in het winkeltje
waar nu Soorsma zit, maar dan alleen in het voorste stukje.
We gingen wonen in de halve boerderij van Timmerman. Die is gesloopt en
daar staan nu de woningen van de Molenhof. Twee jaar later zijn we met
kapperszaak en al verhuisd naar een woning van Kriek Bovenweg 105.
Over die winkel weet ik mij het volgende nog goed te herinneren:
Door de week was het meestal niet druk want iedereen werkte van s
'morgens vroeg tot s 'avonds laat. Vaak waren het kinderen die geknipt
moesten worden. Vlak na de oorlog begon mijn vader ook kauwgom te
verkopen, daar heeft hij goede zaken mee gedaan. Het was Monty kauw
gom. De kinderen kwamen zelfs uit het Zuideinde om die lekkere kauw
gom te kopen. Later had je kauwgom met plaatjes van filmsterren dat liep
ook goed. Ook de verkoop van rookwerk was een bron van inkomsten. Er
waren klanten die bij het binnenkomen in de winkel rechtstreeks naar het
rookwerk liepen en een pakje in hun zak staken als mijn vader niet in de
winkel was.
