178 Ook was ik in die tijd bij de Nationale Reserve. Daar moesten wij met volle bepakking en een geweer door de duinen rennen. Dit was op maandag en als we een oefening hadden, kwam ik weer tussen 2 en 3 of soms 4 uur thuis. Dus als er een bij zoemde dan sliep ik al overdag. Dinsdags ging ik direct na het eten naar bed. Mijn moeder vroeg dan: "ben je soms ziek?". Ik zei: "als je me nu aan een been aan een kraan ophijst, dan slaap ik nog.". In deze tijd waren we dus op de akker aan de Breggegroet aan het koolplanten zetten. Met koppiestijd waren we in slaap gevallen, mijn vader ook. Omdat we om 6 uur niet thuis kwamen werd mijn zus Alie - die het huishouden deed wegens ziekte van mijn moeder- ongerust en omdat zij wist waar wij waren fietste ze er heen en maakte ons wakker. We waren alle drie erg verbaasd en wij zijn lopend over de Geest naar huis gegaan en hebben gegeten en hebben 's avonds tussen 7 en 9 uur het werk afgemaakt omdat we de andere dag weer plannen hadden. Wij hadden een groot stuk land aan elkaar achter het huis met een sloot er tussen. Dit was een combinatie van 6 akkers. Het was over het algemeen geen goed land, het was een zandrug. We hadden wel het voordeel dat je 2 uur na een regenbui alweer kon aardappelen roden. Omdat er twee kassen op hadden gestaan waren er plekken met glasscherfjes en sinteldeeltjes, daarvan werden de aardappelen pokkerig.Ook kwam veel knolvoet voor, het knopte dus. Dit was een ziekte die verband hield met de zuurgraad van de grond en het kon een mooie goed verzorgde akker kool binnen een paar weken volkomen verwoesten. Wethouder van Campen raadde mij aan om de slabonenteelt te beginnen met vervroegde plantjes. Ik weet niet precies waar hij vandaan kwam, maar het was ergens bij Hoorn in de buurt en hij zei: "de kwekers hadden daarmee een veel stabieler inkomen met soms hele goeie uitschieters"Het eerste jaar had ik met ongeveer 4 are om te proberen en maakte meteen zeer goede prijzen, wel 2 gulden en 50 cent de kilo! Ik zelf had geen hekel aan bonenplukken, het was zelfs gezellig met jongens en meisjes door elkaar. Ik had de jongelui wijs gemaakt dat als je dit langer dan 33 weken achter elkaar deed, dan kon je in een verwarrende geestestoestand komen en ging je s' nachts ook door met plukken. Dit heette Bonitus Accutus. Medisch geschoolden onder ons zullen deze term wel begrijpen.

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

De Klin - Sint Pancras | 2006 | | pagina 180