Geen van de vier jongens wil het boeren bedrijf van vader overnemen dus wordt het verkocht. Er wordt, na over leg, besloten om een garage te kopen. Het wordt het be drijf van de familie Minnisma aan de Bovenweg in Sint Pan- cras. In het voorjaar van 1967 wordt er een tent achter het pand gezet en wordt er een paar weken gekampeerd door de familie, met uitzon dering van de oudste zoon die inmiddels is getrouwd. De jongste zoon gaat na de De garage Strijbis H.B.S. naar de H.T.S. in Haar lem hij heeft geen interesse in het autovak. Nadat de gebr. Smit van de Stui- mellaan het een en ander hebben verbouwd komt Jan terug uit Engeland. Hij moest wel in de garage werken omdat het linkerbeen van Kees niet snel genoeg wil genezen. Kees heeft nog wel een half jaar met een beugel moeten lopen. Door een verkeersongeluk was dit been verbrijzeld en er was in het ziekenhuis infectie bij gekomen wat het genezingsproces erg vertraagde. Dan beginnen Jan en Kees Garage Strijbis. In het begin hebben de broers nog niet alle ruimte nodig en wordt er besloten om mensen er hun auto te laten stallen. Zo stond de garage vol met de auto's van Piet Vos, Jan Volkers Sr., Jack Laan,Willem Besijn,Henk de Moed, Jelle Bethlehem en de bedrijfsauto van de fa.Van Dijkhuizen. Jan vond het racen op de motor nog steeds geweldig. Er werden daarom wedstrijden bezocht op het circuit van Zandvoort, Hilvarenbeek en Assen waar nog wel eens een prijs werd gewonnen. Jongens en meisjes van het dorp zijn wel mee geweest naar Zandvoort. Achter in het busje waar ook de motor stond. Ze vonden het een leuk uitje en keken hun ogen uit zoveel motoren als er waren.Twee keer heeft Jan meegedaan aan wedstrijden op het eiland Man, een race over het hele eiland met heel gevaarlijke punten, maar voor een coureur geweldig. 163

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

De Klin - Sint Pancras | 2006 | | pagina 164