99
Welnee was zijn antwoord, voor mij ben jij het. Dat was ook een grote
overgang van die school naar het woonwagenkamp, maar ik kon het kwijt,
de verkaveling in, zomaar lekker banjeren.
Ik was toen op vakantie ge
weest, dat was in ca. 1988, en
had weer nieuwe ideeën opge
daan, en was dat volop aan het
uitproberen, n.1. werken met de
beitel in iepen hout. Voordien
was ik al in Sint Pancras bezig
geweest met houtinlegwerk.
Dat is secuur werk want al
les moet precies passen en je
werkt met heel dun fineer. En
dan moet alles aan elkaar pas
sen zonder naad! Door met
verschillende houtsoorten te
werken krijg je een prachtige
tekening met contrasten, scha
duwen en dieptewerking. Soms
bestaat een voorstelling uit dui
zenden stukjes hout!Maar Joop ging verder met het grotere werk, echt
beeldhouwen in hout. Ik ging er steeds verder mee totdat ik dacht, nu rooit
het er op. Daar kon ik veel spanningen in kwijt, want die waren er wel.
En als ik eenmaal begonnen ben dan ben ik niet meer te stoppen. Dan ga
ik door totdat het paneel af is.. De eerste slagen zijn de zwaarste en ver
oorzaken ook veel lawaai. Daarom begin ik nooit een nieuw werkstuk op
mijn zolder maar altijd in de schuur. Je moet ook rekening houden met de
buren. Dat zei Joop de Waal al begin jaren '80 maar zit intussen op een flat
in Alkmaar waar het houtsnijden lastiger wordt door het lawaai, maar ook
door de oprukkende reuma..Joop begon begin jaren 70 al met het snijden
van dieren maar ging later over op het maken van grote en zeer fraaie bij
belse taferelen. De resultaten worden sober gehouden door ze in principe
alleen met teakolie te behandelen en het hout zelf te laten spreken. Hij
hield ook verschillende exposities o.a. in Groet en in Zwolle. Prachtige
werkstukken.
Joop heeft het in z'n vingers en voelt gewoon de weg die ze moeten gaan
om te realiseren wat hij in z'n hoofd heeft, want eehte werktekeningen
bestaan er niet.
Je moet er een zeer vaste hand voor
hebben en een extra oog.