Er wordt een aanlegplek gevonden aan de Bovenweg op een stuk grond
van een veehouder aan de Bovenweg, Manus van Wonderen. De grond is
verhuurd aan Dirk Olgers maar onze tuinder resp. vrachtrijder Rients Turk
stra mag hier zijn schuit aanleggen.Afspraak is dat de huur -samen met Dirk
Olgers - totaal 150 gulden bedraagt en steeds met Kerstmis voldaan moet
worden in contanten aan Manus van Wonderen. Rients betaalt steeds zijn
helft dus telkens 75 gulden aan Dirk Olgers die dan weer zal afrekenen met
Manus. Beide staan dan borg voor elkaar.
Intussen gaat het leven voort en het gezin van Rients wordt uitgebreid met
een zoon die Gert zal heten. Alles lijkt dan goed te gaan. Vader en moeder
doen hun best, maar dan slaat na twee jaar het noodlot toe. De kleine Gert
verdrinkt in augustus 1921 in de sloot achter het huis de Oostwal. Het
kind wordt dan gevonden door Klazina wat een verschrikkelijke ervaring
moet zijn geweest. En het leven gaat weer verder. Er wordt hard gewerkt en
na een paar jaar wordt er op 18 september 1931 weer een Gert geboren.
De kinderen worden groter en Klazine, Rients en Gert moeten naar school
in Oudorp. De stikkebuul met brood mee en op school overblijven. Na
schooltijd mocht je soms ook wel buiten spelen bv.op het zandpad, maar dan
moesten eerst je schoolkleren uit want die waren te mooi om in te spelen.
Dan kon je hinkelen, hoepelen, knikkeren, steltlopen en touwtje springen
met andere kinderen. Je voelde je hier in deze "wildernis"helemaal vrij.
14
O.L.S. in
Oudorp.