De ijverige Rients die toch een handwagen nodig had ging tevens vracht-
rijden met deze handwagen. Zette een hond (die ze Prins noemden) onder
de wagen om mee te helpen trekken. Hiermede bracht Rients de goede
ren naar de Alkmaarsche Export Veiling aan de Helderse weg. Rients werd
dus pikkenier en de hondekar werd vervangen door een kettewagen met
een russisch paard er voor Misschien werd dat beest gekocht bij Dusbaba,
een zigeuner paardehandelaar die in Alkmaar aan de Noorderkade woonde,
vlakbij de oude Ringers chocoladefabriek.
In elk geval was het een wild paard dat door Rients aan de Achterweg werd
getemd. Een onwijs sterk dier waar ze veel plezier van hadden.
De tijd draait door en intussen heeft het gezin een dochter Klazine en
Rients gaat de zaken groter aanpakken. Hij gaat met een eigen kettewagen
zijn groenten en ook die van andere tuinders vervoeren. Vrachtvervoer. Er
wordt intussen een zoon geboren en die krijgt de naam van de vader dus
ook Rients. En het bedrijf wordt uitgebreid met een paar akkers (met de
mooie namen de "molenakker"en de "Koekebakker") in het Geestmeram-
bacht, die nu gehuurd worden. Er komt ook een schuit die gebruikt moet
worden om bij de akkers te komen om ze te bewerken en er de gewassen
zoals de voederbieten naar huis te halen.
13
Vrachtrijder Rients.