Jawel, de autobussen van Kok en Tuinman reden er overheen. Gingen van
Oudkarspel door Broek en St.Pancras over de Munnikenweg naar Alkmaar,
de plaats die nog niet door protserige nieuwbouw en een verpauperde
binnenstad lelijk was geworden. Deze bussen van het lang vergeten merk
De Dion Bouton moesten de weg soms delen met auto's van de enkele
dorpelingen die er een eigen motorvoertuig op na hielden.
We liepen -als gezegd- over een landpad naar de school. We zouden ook
een andere weg hebben kunnen gaan, die langs het Broeker spoorlijntje,
het "zwarte padje". Als kind vond ik dat maar gevaarlijk.
Over de spoorlijn kwam vanaf de veiling in Broek op Langedijk op bepaalde
tijden namelijk een goederentrein met een groot aantal met kool beladen
wagens, getrokken door een stoomlocomotief, die de grootste moeite had
de last over de wat kronkelende baan tegen de helling omhoog te trekken.
Het monster kwam steunend en stampend dichterbij, sissend en blazend
als een getergde kater en soms niet in staat de hoofdlijn te bereiken,
zodat een tweede locomotief uit Alkmaar moest komen om te helpen. Het
dreigende gevaarte maakte me bang. Het helde in de bocht enigszins over
zodat het naar mijn idee om zou kunnen vallen. Of misschien door te grote
krachtsinspanning uit elkaar zou springen. Dit is gelukkig nooit gebeurd,
zodat we veilig in ons dorp aankwamen als we niet naar school, maar bij
andere gelegenheden, naar de plaats togen.
79
De bussen van Kok en Tuinman.