Werkterrein was het beschermen van een suikerfabriek met een grote
plantage Daar was al een semi-politie- bewaking van ruim 100 man die
onder leiding stond van eenTimorees.
Kennelijk waren de verhoudingen niet slecht want toen die wegging in
1948 vroeg de administrateur Jan of hij die baan wilde overnemen.
Jan zag er wel wat in, kreeg bij de administrateur inwoning en kost en kreeg
een best inkomen, een eigen bediende en een motor tot zijn beschikking.
En Jan sprak al aardig Maleis en Javaans.
Echter: Jan z'n tijd was om en hij moest naar huis! Alle papieren waren
al ingevuld en er moest snel heel veel worden geregeld. Jan had gelukkig
geen last van heimwee al had hij vaag een vriendinnetje in Langedijk. Het
zou nog wel even duren voordat Jan weer in Sint-Pancras zou komen.
Toen Jan ook nog mee ging op gevechtspatrouille in de bush en zijn meisje
dat via een officier uit Langedijk,-die met verlof in Nederland was- hoorde,
raakte de verkering definitief uit.
Toen kwam de tijd van Soekarno waardoor de situatie voor de Nederlanders
slechter werd. Jan was intussen van Surabaja overgeplaatst naar een
vezelonderneming bij Plosso.
De lokale bevolking bestond uit veel christenen en was vriendelijk en gaf
geen problemen.
Maar de Indische legereenheden maakten regelmatig problemen. Bij een
zoveelste inspectie en controle op wapens kwam dat Jan de keel uit en
heeft de inspecteurs weggejaagd met zijn Tommy-gun. Dat vroeg natuurlijk
om narigheid en die kwam in de vorm van een "verzoek" om op het
politiebureau te verschijnen voor uitleg.
Zo'n bezoek is geen theevisite en niet aangenaam en na vele uren kwam
Jan weer op de plantage met op zak een uitwijzingsbevel"binnen 10 dagen
het land verlaten".
Veel keus heb je dan niet en Jan vertrok dan ook in 1951 met de Bontekoe
van de KPM van Surabaja naar Batavia en vandaar met de Oranje naar
Amsterdam.
En je kreeg 150 gulden boordgeld en een biertje kostte 0,15 cent dus je
was schatrijk. Dacht je. Aan boord veel planters die ook met verlof gingen
en die wisten hem te raken.
En voordat je het besefte was je boordgeld op en moest je zelfs thuis om
wat extra vragen
'Je kwam aan in Amsterdam en werd omhelsd door de familie.
66