65 voor de Arbeitseinsatz oftewel tewerkstelling in Duitsland of wellicht het Oostfront. Toen Jan ook nog thuis kwam met verhalen over hoe je transportwagons kon saboteren door zand in de oliesystemen te doen (lessen van een anti-Duitse onderwijzer) vond pa het verstandiger Jan tijdelijk te laten verdwijnen naar de akkers. Maar de Duitsers waren er ook nog en bij Jan thuis kregen ze inkwartiering van de Duitse cavalerie. En die verzorgers en soldaten hadden niet alleen aandacht voor de paarden -wel 20 stuks- maar ook voor de zus van Jan, Neeltje. En het zou nog weken duren voordat die verder trokken richting Frankrijk. Pa besloot de akker maar wat minder te bezoeken en beter op Neeltje te passen. Helaas is zij vorig jaar overleden. Na de oorlog trok Jans bloed hem weer naar zee, maar dat ging mooi niet door en voor zijn dienstplicht kwam hij bij de mariniers.Opleiding in Volkel (bij Uden) Dat duurde 4 maanden en betaalde goed als je bedenkt dat een gewone soldaat 0,75 gulden per dag kreeg en de mariniers al gauw 48, - gulden per maand. (Zakgeld thuis was 6 gulden per week). Tenslotte was de grote dag daar en vertrok Jan in 1948 met de Grote Beer, als dienstplichtige naar Indië. Hij had weinig last gehad van zeeziekte, behalve in de Golf van Biskaye, maar later nooit meer. Hij kwam in Indië aan juist na de eerste politionele acties. Aankomst in Surabaja en direct patrouille lopen om de lokale belangen te beschermen. r. a In bet mooie land Nederlands-Indie, Dat werd zwaarder na de tweede later Indonesië politionele actie en je liep hele dagen wacht en patrouille en het werd je lastig gemaakt door het Indische leger. Jan leerde snel en werd via via bij de inlichtingendienst gedetacheerd en bracht het tot sergeant en werd zo groepscommandant.

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

De Klin - Sint Pancras | 2004 | | pagina 69