De heer Hovinga van de Heerenweg 157 bezorgde me enige tijd geleden een knip sel dat op het bovenstaande van toepassing is. Hij vond het in de Nieuwe Rotter- damsche Courant van donderdag 16 augustus 1917 en het luidde: De raad der gemeente St. Pancras (N.-Hheeft besloten een leening aan de gaan van 70.500,— a 4' /2 voor zijn aandeel in de gemeenschappelijke gasfabriek aan den Langendijk en voor het electrisch bedrijf. In 1920 vond men in St. Pancras het gas niet slecht, nee het was verbazend slecht! In de vergaderingen van het bestuur en de gascommissie werden geregeld de klachten over de slechte kwaliteit van het gas in St. Pancras door de burgemeester en wethouder Van Kampen ter sprake gebracht. Het leek wel of de fabriek het lek niet kon of niet wilde vinden. Gelukkig kregen de Pancrassers steun uit andere plaatsen. In september 1921 klaagde Oudkarspel over slecht gas. De directeur vertelde dat hem die klachten ook ter ore waren gekomen. Hij was vervolgens op onderzoek uitgegaan en had ontdekt dat er een storing in een gasbuis was opgetreden. Dit was inmiddels verholpen en nu was de gasleverantie weer prima in orde. De commissieleden zouden het een goede zaak vinden wanneer de directeur iets meer de vinger aan de pols hield. Van Kampen voorzag deze wens van een illustratie. Hij vertelde dat bij hem het gas niet goed was. Een medewerker van de fabriek, die naar de naam Van Dok luisterde, was daarop bij hem gekomen en had gezegd dat de toestellen van Van Kampen niet deugden. Hij had daarop nieuwe gastoestellen gekocht maar het gas brandde even slecht als voorheen. Daarop was de directeur komen kijken en deze zag meteen dat de binnenleiding verstopt was. De directeur antwoordde daarop in de vergadering: Van Dok doet dit werk nog niet zo lang, hij moet nog veel leren. De klachten bleven en werden in de gascommissie behandeld. Aanvankelijk schreef de directeur het tekort aan druk toe aan verstoppingen. Later kreeg de door de mensen gebruikte apparatuur de schuld. Van Kampen wist hieromtrent: Bij mij zijn de gastoestellen door de baas van de fabriek gerepareerd. De man moest constateren dat zijn reparatie geen verbetering in de toestand had gebracht, hij ging naar buiten omdat alles niet was zoals het 70

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

De Klin - Sint Pancras | 2003 | | pagina 72