de Zaandammers op een ochtend in begin januari 1909 in alle vroegte wakker
schrokken door een heftige explosie.
In en onder een woning waren gasleidingen aangebracht. Doordat ergens iets was
verzakt, knapte een gasleiding. Het hierdoor ontsnappende gas drong de woning
binnen. De in huis aanwezige kat werd onrustig en door het lawaai, dat het dier
maakte, werden de bewoners wakker. De heer des huizes ging op onderzoek uit,
stak een lamp op en dit veroorzaakte een hevige ontploffing. De wanden van de
woning werden ontzet, de ruiten sprongen en er ontstond een begin van brand.
Gelukkig waren er geen persoonlijke ongelukken.
Enkele dagen later kon men lezen dat in Amsterdam iemand het gaslicht wilde
aansteken in een grote ballonlamp. Vermoedelijk was de ballonlamp ook niet vrij
van lekkage, want niet het gaskousje begon te branden, maar de gehele lamp
ontplofte.
(Later bleek dat het steenkoolgas naast ontploffingsgevaar ook dat van
'kolendampvergiftiging' in zich borg).
Naast de gevaren vormden de in de Langedijker raden bestaande menings
verschillen, een belemmering. Ook de gedachten over het kolengas liepen in de in
elkaar overlopende gemeenten nogal eens uiteen.
Zuid-Scharwoude had zijn zinnen gezet op elektriciteit.
Oudkarspel had reeds geïnvesteerd in acetyleengas.
In de andere gemeenten werd aan lichtgas gedacht.
Daarnaast was er de moeilijkheid hoe men gezamenlijk de kar zou moeten trekken.
Sommigen dachten dat er een Naamloze Vennootschap in het leven moest worden
geroepen, anderen waren voor een zogenaamde Gemeenschappelijke Regeling.
In de vier gemeenteraden gaven de raadsleden hieromtrent hun mening.
Noord-Scharwoude hield het op een N.V., met de gemeenten als aandeelhouders en
de burgemeesters en wethouders als commissarissen. Daar was men bang dat hun
gemeente bij een Gemeenschappelijke Regeling het heft uit handen zou geven.
Natuurlijk had bij zo'n regeling iedere gemeente zijn inbreng. Er konden zelfs
raadsleden naar het bestuur van een Gemeenschappelijke Regeling worden afge
vaardigd. Volgens wethouder Geus uit Noord-Scharwoude school daarin het grote
gevaar. Hij was bang dat in een dergelijke club de raadsleden van de diverse
58