Jan Pluis, oud zesenvijftig jaren, van beroep veldwachter van en wonende in de
gemeente Sint Pancras, die verklaarde dat hij donderdag den elfden Mei laatstleden
zich bevond ten huyze van den hoofdonderwijzer dezer gemeente en toen bemerkte
dat er aan den weg langs de pastory der Hervormde gemeente alhier eenige jongens
zich bevonden en dewijl er in den laatste tijd meer dan eenmaal op die hoogte,
voornamelijk bij den in aanbouw zijnde pastory baldadigheden waren gepleegd,
begaf hij zich daarheen en zag toen hij bij de pastory was aangekomen, dat aan de
overzijde van de weg vlak tegenover de poort van de pastory een boom, van de
kruin af tot aan den grond toe geheel van zijn bast was ontdaan. Op zijn vraag wie
de daders van dat kwaad waren verklaarde hij verder dat hem werd gezegd dat
Klaas Ploeger en Willem Keizer het hadden gedaan.
De bal rolde verder. Twee dagen later stond de zestienjarige Hendrik Sluis voor de
burgemeester en deze vertelde o.m.:
Dat hij zich op donderdag den elfden Mei met andere jongens baldadigheden
bedreven aan de steenen, die bij het hek van de pastorie lagen, doch dat zij door een
der werklieden werden verboden, waarop Willem Keizer en Klaas Ploeger aan een
boom, waarvan reeds een gedeelte der schors was afgesneden, begonnen te
ontschorsen. Klaas Ploeger met een groot scheermes.
Op 20 augustus 1867 schreven de Pancrasser kerkvoogden en notabelen een brief
aan de Landelijke Synode, waarin ze meldden zich verplicht te voelen om iedereen
nogmaals te bedanken voor de gegeven subsidies. Op dat moment was de bouw
voltooid en eveneens, zij het met enige vertraging, betaald. Het was voor de
briefschrijvers een bijzonder genoegen dat er in hun behoefte op zulk een
uitnemende wijze was voorzien en daarvoor wilden ze bij deze nogmaals hun
hartelijke dank betuigen.
Ds. Van Rijsoort heeft de nieuwe pastorie niet lang bewoond.
Op 20 oktober 1867 vertelde hij tijdens een kerkdienst aan de gemeente dat hij een
beroep van de kerk van Rhijnsburg had ontvangen en de zondag daarop deelde hij
mee besloten te hebben dit beroep aan te nemen.
Op 1 maart 1868 nam hij afscheid van St. Pancras.
Ruim een halfjaar later was ds. Van Rijsoort terug in St. Pancras.
45