enigszins mogelijk, de dominee in het dorp moest blijven wonen. Maar niemand kon
een daarvoor geschikte woning aanwijzen.
Even verderop was net het nieuwe school- en raadhuis gereed gekomen. Dit was
vóór het oude gebouw gebouwd. Mijnheer Van der Vijzel, die in 1861 begonnen
was als hoofd van de school, kon dus gedurende de bouw in het oude huis blijven
wonen en ook kon het werk van en voor de gemeenteraad geregeld voortgang
vinden. In 1863 stond het oude schoolhuis nog overeind. Even dachten de kerkelijke
bestuurders: Zou dat nog goed genoeg zijn voor een tijdelijke oplossing?
Ds. Van Rijsoort had het bekeken en met de bewoners gesproken. Dezen hadden
hem verteld dat het oude huis vreselijk bouwvallig was en in feite onbewoonbaar.
Dominee moest hun gelijk geven, daar kon niet meer in worden gewoond.
Dus besloot de kerkenraad dat de dominee maar in Alkmaar moest rondzien of hij
daar een geschikt huis voor een redelijke huur kon vinden.
In de jaarrekening van 1865 werd een bedrag van 150,- vermeld als huur van een
woning voor de predikant.
Reeds op 11 januari 1866 merkte het kerkbestuur dat een elders wonende predikant
ongerief opleverde. Voor die avond was een vergadering uitgeschreven, want de
diaconierekening over het voorgaande jaar moest behandeld worden. Wanneer de
rekening was vastgesteld zwaaiden de 'oude' diakenen af en namen twee anderen
hun werk en de kas over.
In de notulen vermeldde de secretaris o.m.: 11 Januarij Op dezen dag was bepaald
en den gemeente bekend gemaakt dat de Diakonierekening zoude geschieden.
Ofschoon de predikant tijdelijk te Alkmaar woonachtig en deze vergadering "door
hoogst ongunstig weder verhinderd, niet kon bijwonen, heeft de rekening doch
plaats gehad, dewijl de aftredende diaken C. Duif, thans met der woon naar Zuid
Zijpe vertrokken, tot het doen daarvan opzettelijk naar St. Pancras was
overgekomen.
(Ik veronderstel dat de broeders later verslag uitbrachten van deze vergadering, want in die tijd werden de notulen
geschreven door de predikant en het bovenstaande is het schrift van en is ondertekend door ds. H.S.J. van Rijsoort).
In drie dagbladen - de Haarlemmer-, Alkmaarse en de Helderse Courant - werd be
kend gemaakt dat de aanbesteding van de bouw van een pastorie in St. Pancras
plaats zou vinden op 24 december 1864 in een lokaal van het Provinciaal bestuur.
De bekendmaking luidde:
43