het dan ook druk gebruikt. Toen ik wat ouder was is het wel gebeurd dat ik 's avonds over de voeten van in de berm liggende personen reed. Ons huis was niet zo groot. Er was een gang met een woonkamer, waarin twee bedsteden waren. Verder was er een achterend en nog een tweede kamer, die eveneens twee bedsteden had en daar werd, toen dit nodig werd, nog een ledikant bij gezet. Zo konden we er met tien mensen in wonen. De zolder was praktisch onbegaanbaar: die was half vermolmd. In de slaapkamer was een luik en daar kon je door heen kruipen en op de zolder komen. Maar wanneer je daar eenmaal was, moest je uitkijken waarop je stond of leunde, anders viel je gegarandeerd naar beneden. Tegen het dak was geen houten schot, maar de dakpannen werden gedragen door sparren, waarop de panlatten waren getimmerd. Je kon zo naar buiten kijken. Bij het huis behoorde een tuin van 3400 nr. Aan de overkant was nog een tuintje dat overging in een vierkante akker, die we de krocht noemden. Ook huurden we nog een akker in de Veenderij (Manjeplas) en daarop verbouwden we koolrapen en bieten. Bij huis teelden we groente: snijbonen en wortelen. Vader had wat geld geleend van de Boerenleenbank en daarvoor had hij vier koeien gekocht. Die stonden 's winters op stal aan de achterkant van ons huis. Voor die beesten werden de bieten geteeld. Daarnaast probeerden we gebarsten kool, koolbladeren, bermgras en meer van dat soort veevoer bij elkaar te harken en zo boerde vader Frans verder. Het was een armoedig bestaan. We hadden eens een akkertje met aardappelen. Vader kon ze zelf niet rooien, hij had het te druk met andere zaken. De aardappelen brachten 125,17 op, het rooien kostte hem 125,--. Eens had hij een kwartje verloren. Hij haalde alles overhoop om het terug te vinden, zelfs het konijnenhok werd uitgemest. Het was werken van licht tot donker. Driemaal in de week ging hij met de kettekar naar Alkmaar. Dan bracht hij de door hemzelf geteelde groente naar de veiling en nam voor een paar centen ook die van oom Cor en oom Freek mee. Het spinaziezaad werd vaak op de pof gekocht. En dan kon het gebeuren dat een kar vol, waarop de kisten 8-hoog waren gestapeld, per kist nog geen dubbeltje opbracht. 136

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

De Klin - Sint Pancras | 2003 | | pagina 138