De door Napoleon gerekruteerde legers werden bij Leipzig opnieuw verslagen en
weer klonk Napoleons oproep om manschappen want de overwinnaars van Leipzig
waren in aantocht en vanaf de zeekant dreigden de Engelsen.
Voor 1810 werd er steeds opgeroepen om vrijwillig dienst te nemen in het Franse
leger, meestal met weinig succes.
Vandaar dat men wel eens keek naar weeshuizen of tehuizen, waarin zwervers een
onderdak hadden gevonden. Die knapen konden best soldaat worden.
Ook werd een wet van kracht waarin werd bevolen dat alle jonge mannen verplicht
moesten loten. Trok iemand een laag nummer dan moest hij het leger in, trok je een
hoog nummer, dan wasje vrij.
Enige citaten hieromtrent uit het bovengenoemde Register van besluiten en de
bewaard gebleven correspondentie van Broek op Langedijk:
In het (afschriften) Brievenboek van Broek van 1809 wordt o.a. verteld:
In Broek zijn geen jongelingen in godshuizen, weeshuizen e.d. Evenmin zijn er
vrijwilligers tot de wapendienst
hetgeen geantwoord werd naar aanleiding van een suggestie dat zulke jongens best
in militaire dienst konden,
Op 15 augustus 1812 werd bij Keizerlijk Decreet van Napoleon bevolen dat
Alle mannelijke wees- en armenkinderen van 16 jaar en ouder bij de keizerlijke
garde moesten worden ingelijfd. Zij dienden zich daartoe op 25 augustus te Alkmaar
te melden. Alle jongens die op de wees- en armenlijsten werden vermeld en geboren
waren tussen 1 januari 1795 en 15 augustus 1796 moesten komen, voorzien van
twee hemden, een paar schoenen en kleren.
Getuige de volgende, uit hetzelfde Register afkomstige aantekeningen, blijkt dat de
druk op de schouten oftewel de burgemeesters de druk steeds sterker werd.
Broek 3C slachtmaand 1810: we deden (in onze gemeente) een oproep om dienst te
nemen bij de 9C compagnie Kanonniers van de Kustbatterijmaar niemand meldde
zich.
103