maatregelen worden genomen en bovendien zal tegen de onwilligen als
handelend tegen de publieke veiligheid, proces verbaal worden opgemaakt.
Voor elke keer door den hooi steker gehouden onderzoek zal 10 cent hooi-
keurdersgeld moeten worden betaald. Dit geld zal in de maand September
opgehaald worden.
St. Pancras 12 juli 1847.
Tot de uitrusting van een hooisteker behoorden ook een lange ijzeren pen. Indien
gecontroleerd moest worden of de temperatuur in het binnenste van de hooiklamp
niet al te veel was opgelopen, werd deze ijzeren staaf enkele meters in het hooi
getimmerd. Indien de temperatuur daar te hoog was opgelopen, kon de hooisteker
aan deze 'thermometer' dat voelen.
Was dit het geval dan moest het hooi uit het midden van de klamp worden
verwijderd. De eigenaar van het hooi, die dit vonnis kreeg, hoorde dit meestal niet
lachend aan. Hij was liever geneigd te denken dat het wel wat mee zou vallen en
wilde daarom de zaak wel eens op zijn beloop laten. Een dergelijke 'onwillige' kon
door zijn gedrag niet alleen zichzelf maar ook zijn buren in gevaar brengen.
Waarom Piet Groen in 1895 als
hooisteker bedankte, werd niet vermeld.
Vermoedelijk kreeg de man het te druk,
hij werd al wat ouder, hij was toen de
zestig reeds gepasseerd en zijn gezond
heid was niet om over naar huis te
schrijven. Hij was een manusje-van-alles.
Was er een collecte, zoals op 1 of 2 no
vember 1894 toen er geld werd ingeza
meld voor een fonds dat ondersteuning
verleende aan hulpbehoevende Metalen
kruisridders of dragers van de Citadel
medaille, dan was bode Piet Groen de
aangewezen man om langs de huizen
gaan met een collectebus, (vermoedelijk
collecteerde men voor slachtoffers van de
Belgische opstand).
Veldwachter Piet Groen
26