Eind 1972, tijdens de bespreking van het aanhangige grenswijzigingsvoorstel in de Tweede Kamer, diende het KVP - kamerlid Krosse hierop een amendement in. Hij stelde voor om aan Alkmaar alleen die gedeelten van St. Pancras en Koedijk te geven, welke bestemd waren voor stadswoningbouw en industrie. Dit kwam erop neer dat Alkmaar de Westbeverkoog en Daalmeer kreeg. Zelf noemde Krosse zijn voorstel: "Een vrij redelijk alternatief, aan Alkmaar wordt niets onthouden wat betreft de uitbreiding van de woningbouw, terwijl aan de andere kant een agrarisch gebied en in de toekomst een agrarische gemeente (Geestmerambacht) veilig wordt gesteld. We zeggen: "De stedelijke oprukking van Alkmaar tot hier en niet verder Dus: De Vroonermeer en het gebied ten noorden van de Daalmeer gingen niet over in Alkmaarse handen en bleven beschikbaar voor de tuinbouw. In de praktijk bete kende dit dat tussen het stadslichaam en het dorp St. Pancras een groenbuffer bleef en dat het stadslichaam en het natuur- en recreatiegebied van het Geestmerambacht eveneens door een strook landelijk gebied van elkaar gescheiden bleven. De verkaveling en de stedelijke bebouwing van de Daalmeer maakten dat het Daal- meerpad nog wel fietspad bleef maar grondig van karakter veranderde. In een Dorpsschakel beschreef Margriet Brandsma dit in 1985 als volgt: de teloorgang van zeven bruggetjes Je hoeft als Pancrasser niet eens zo oud te zijn om je nog het Koedijker- (of Daalmeer- pad te kunnen herinneren. De zeven bruggetjes tussen Sint Pancras en Koedijk: een attractie van de eerste orde. Het pad wacht inmiddels op de genade klap. Verkaveling en nieuwbouw hebben het (fiets) pad gedevalueerd tot een simpele verbindingsroute met opgespoten zand in plaats van vergezichten over weilanden en akkers en mèt een heel slecht wegdek. Eigenlijk doet alleen dat laatste nog denken aan de tijden van weleer. Zo wordt aan het einde van de negentiende eeuw gerept van de "allerellendigsten toestand" van het landpad tussen Koedijk en Sint Pancras. Pancrassers gebruikten dan ook vaak de schuit om in Koedijk te komen. De dokter woonde in Koedijk en in geval van nood werd die per schuit opgehaald. Een tochtje van een uur. Vaak tevergeefs voor de zieke, die bij aankomst van de arts inmiddels overleden was. Tussen Pancras en Koedijk bevonden zich vroeger meren: het Vroonermeer, de Daalmeer en de Mare. Die zijn in de zestiende en zeventiende eeuw drooggelegd, 167

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

De Klin - Sint Pancras | 2002 | | pagina 169