Daarnaast heeft het groeiende stadslichaam van Alkmaar ruimte nodig om zich te ontwikkelen. Consumptie van sluitkool per hoofd der bevolking van Nederland Jaar consumptie in kg. Indexcijfers totale consumptie 1935 100% van groenten 1935 4,28 100 11 1936 5,05 118 12 1937 5,98 140 14 1938 5,13 120 13 1939 5,58 130 14 1946 6,41 155 13 1947 8,43 197 17 1948 6,10 143 13 1949 4,54 106 11 1950 4,10 96 10 Uit dit staatje blijkt dat de kool als groente minder in trek was dan de andere groenten, dat in de crisisjaren het verbruik enigszins toenam, wanneer we 1947 buiten beschouwing laten, kan worden gesteld dat in de eerste na-oorlogse jaren de koolconsumptie langzaam terugliep 1947 piekt er duidelijk uit. Dit jaar staat bekend om zijn lange hete en droge zomer, gevolgd door een strenge winter. In dat jaar gedijden de groenten over het algemeen minder goed. En wanneer het in geheel Europa stevig vroor, nam de vraag naar bewaarkool toe. niet doorslikken Stikken of slikken ook in de tuinbouw. Aanvankelijk was het slikken oftewel het opbaggeren van slik uit een sloot en dit uitspreiden over een akker, het middel om een goede oogst te verkrijgen. Het slikken kende men reeds toen er hier voor het eerst sprake was van tuinbouw. Omstreeks 1880 begon men met grasland te scheuren en om te zetten in akkerland. De boeren wilden hun hoger gelegen weilanden niet missen, maar een laag stuk wilden ze wel voor goed geld verkopen. De tuinders wisten er wel raad op. Ze 159

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

De Klin - Sint Pancras | 2002 | | pagina 161