In 1899 hadden de 26-jarige Dirk van der Woude,(later woonde hij 'aan de straatweg') de
25-jarige Cornelis Ploeger (beiden uit St. Pancras) en Dirk Stuurman (wonend te
Oudkarspel), allen zowel akkerbouwer als koopman van beroep, afgesproken voor
gezamenlijke rekening land in te huren en koopmanschap te bedrijven.
Met zijn drieën kochten ze een partij uien en deden die daarna met winst weer van
de hand. Het laatste had Stuurman geregeld en hij had het geld ontvangen. Zijn
twee compagnons hadden er herhaaldelijk bij hem opaan gedrongen hun deel van
de winst te willen ontvangen waarop Stuurman te kennen gaf dit wel te kunnen
doen, maar het niet te willen doen voordat ze de door hen geteelde kool ook hadden
te gelde gemaakt.
Daarop spraken Van der Woude en Ploeger af dat ze samen de 'kool gingen thuis-
halen' en verkopen. Ze hadden volstrekt niet de bedoeling om Stuurman te bena
delen, wel om hem tot afrekening te dwingen, ook omdat ze bang waren dat
Stuurman anders de kool zou thuishalen en hen, even als hij met de uien deed, op
hun geld zou laten wachten.
Dit kwam ook omdat ze nog meer slechte ervaringen met hem hadden opgedaan.
Verleden jaar december hadden ze met elkaar afgesproken dat Van der Woude met
een knecht van Stuurman een praam kool zou snijden op het land te Winkel om die
te vracht te geven aan schipper Jan Dirkmaat te Broek.
Op de bewuste korte decemberdag wist Van der Woude met de volgeladen praam
tot Noord - Scharwoude te komen en liet die daar liggen om er de volgende dag
verder mee te gaan. Toen hij daar de volgende morgen kwam, had Stuurman de
praam opgehaald en de kool in zijn schuur opgeslagen, alles dwars tegen de
afspraken in.
Ploeger vertelde dat ze ieder een derde deel van de huur voor het land te Winkel
hadden betaald en dat hij met Stuurman het geld bij juffrouw Komen had gebracht.
Deze laatste had daarvoor een kwitantie uitgeschreven en deze was door Stuurman
meegenomen.
De bovenstaande gegevens zijn afkomstig uit een door burgemeester Van der
Vijzel opgemaakt proces-verbaal.
Later werd het verbaal ingetrokken. De heren hadden elkaar gevonden en waren
overeengekomen deze zaak minnelijk te schikken en zegden elkaar toe de op
brengsten gedrieën eerlijk te zullen verdelen.
114