Het ene jaar met de toevoeging: Het bouwland wordt steeds duurder!
Een ander jaar met: bouwland kost 2000,— per ha, (kleigrond), weiland op
kleigrond 1200,-
In 1891 meldde men het aantal hectares dat met een bepaald product was
beteeld:
aantal ha opbrengst p. ha
rogge
1,5
24 hl
gerst
2
28
haver
4
48
aardappelen
13,5
110
warmoes
110
bloembollen
4
In 1894 was er 143 hectare warmoes en 4,5 hectare bloembollen.
In 1897 vertelde men naast dat het bouwland steeds duurder werd, en ook:
Bij grasland dat is veranderd in bouwland heeft men in het 2e of 3" jaar veel last
van knolvoet
Men weet nog geen middel om dit te bestrijden.
Wisten de veeboeren aanvankelijk niet hoe mond- en klauwzeer bestreden moest
worden en probeerden zij op verschillende manieren paal en perk aan de ziekte te
stellen, bij de tuinders ging het weinig anders.
Zij zagen dat het gewas slecht groeide, dat er iets aan mankeerde en wisten aan
vankelijk niet wat te doen, maar bedachten wel probeersels om de plantenziekten
te bestrijden.
Omstreeks 1845 brak hier de aardappelziekte
(phytophthora) uit. De tuinders zon-nen op middelen om
het gewas te redden. Er werd gezegd dat de 'poters' diep
gezet moesten worden, want de ziekte deed zich het eerst
voor in het blad en dan zou deze minder gauw op de
knol(len) kunnen overslaan. Een ander zei dat de gaten,
waarin de poters werden gelegd, groot moesten zijn en
niet geheel moesten worden gedicht opdat deze goed
konden luchten, want ze broeiden teveel. Een derde wist
dat men de pootaardappels voor het poten eerst enige
uren in een kalkpap moest laten liggen.
107