Wanneer er iemand een rouwband bij haar bestelde, moest ze eerst lopend naar de
stad om zo'n band te halen.
Van Klaas herinnerde Aris zich niet veel, deze was zijn oom, want Aris' vader was
het bovengenoemde kind Jaap.
Oom Dirk werd net als Jaap, ook tuinder. In 25 jaar wist Dirk, met hard werken en
zuinig leven, zoveel bezit bijeen te vergaren, dat hij vervolgens aan de Straatweg
kon gaan rentenieren.
Dirks zoon en opvolger Jan, werkte nog harder dan zijn vader omdat hij er naar
streefde de prestatie van zijn vader op zijn minst te evenaren. Na 15 zware jaren
overleed hij.
Ook wist Aris dat gedurende enige tijd vier leden van de familie Van der Woude,
allen tuinders met een goed bestaan, vlak bij elkaar aan de Benedenweg hebben
gewoond.
Net als de romanfiguur Jan Duim begon weduwe Neeltje van der Woude-Slot met
haar jongens een tuindersbedrijf met zo goed als geen kapitaal en zagen ze kans dit
goed uit te bouwen.
Keulse potten en zuurkool
Arbeiders en beginnende tuinders moesten, om rond
te komen, de eindjes aan elkaar knopen. Een
arbeider had een tuin om de winter door te komen,
een tuinder zorgde ook voor 'eigen eten'. De
winteraardappelen werden vaak in de kelder
opgeslagen en dat was ook de plaats van de Keulse
potten. Kruiken van ruim een halve meter hoog,
gemaakt van hetzelfde materiaal als gresbuizen. Ze
werden gebruikt om jonge tuinbonen, sla- en
snijbonen, andijvie, sla en nog wel andere groenten
in te leggen. Bederf van de ingelegde groenten werd
tegengegaan door het toevoegen van een flinke
portie zout. (ca. 30 van het gewicht van de
groente). Behalve de smaak, ging op deze manier
ook een flinke portie van de vitaminen verloren. Iets
anders was dit met zuurkool. Aan de fijn gesneden
witte kool behoefde men slechts 10 zout toe te
voegen. Daarnaast deed men er wel schijfjes zure
Een Keulse pot appel door.
100