151 Vader had meermalen een knecht. Ik herinner me Dirk Nierop uit Dirkshorn. Hij was intern. Ook Dirk Koning uit Groot-Schermer was bij ons in huis. Verder heeft Gouke Admiraal bij ons in de bakkerij gewerkt Die woonde met zijn moeder en twee broers aan de Beneden weg. En niet te vergeten onze broer Piet. Hij kreeg les op de School voor Bakkerij en Maalderij en slaagde er in een heel stel diploma's voor de bakkerij te behalen. Na dat hij als militair naar Indië was geweest kwam hij opnieuw bij Pa in de bakkerij en daar bleef hij werken totdat deze werd verkocht. Piet kwam toen in dienst van de Keuringsdienst voor Waren. Achter ons huis stond een turfschuurtje en ook was daar, naast de garage, plaats voor briketten. Ik herinner me nog dat daar ook wel takkenbossen lagen. De brand stof voor de over werd door Cor Groen W™ en Cor Kooy geleverd Uit de opgenoemde brandstof valt op te maken dat Hauwert aanvankelijk met een ouderwetse oven werkte. In de bakruimte werden eerst turven en takkenbossen verbrand. Vervolgens werden de asresten uit de oven verwijderd en daarna was de oven gereed om enige baksels te ontvangen. De modernere ovens hadden een aparte vuurhaard, die meestal met steenkool briketten werden gestookt. In 1949 kreeg Hauwert een dergelijke oven. De bak ruimte werd op temperatuur gebracht door verhitte lucht. Reeds op zondagmiddag begon vader de oven warm te stoken om de volgende och tend vroeg te kunnen beginnen. Vader bakte zelf beschuit en roggebrood. Dat beschuit bakken was een heel werk. Van het gemaakte deeg werden kleine bolletjes gevormd, die op een bakplaat wer den gelegd. Vervolgens werd ieder bolletje afgedekt met een klein rond blikje Wanneer het deeg voldoende was gerezen, kon het worden afgebakken. Zodra de beschuit enigszins was bekoeld werden de blikjes weggenomen en moesten met de hand, de bolders stuk voor stuk met een speciaal mes, het boldermes, doormidden worden gesneden. Daarna gingen ze opnieuw de oven in Wanneer ze goed bros waren gebakken, waren de beschuiten klaar, maar wij nog niet. Want daarna moesten we deze inpakken. Later kregen we voor het inpakken een machine. Voor de oorlog maakte Pa in de decembermaand zelf chocoladeletters, borstplaat en marsepein. En natuurlijk hadden we ook volop eigen gebakken speculaas, taai taai en banketletters.

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

De Klin - Sint Pancras | 2001 | | pagina 153