Reeds in 1921 luchtte raads
lid Hart in de Koedijker raad
zijn hart met de woorden:
"Er moet veel beter worden
opgetreden tegen de snelle
rijders Dat gebeurt tot op
heden beslist onvoldoende.
Nu is er weer een hond
overreden.Vanmorgen sprak
ik de dokter en die zei dat er
vandaag of morgen een kind
zou worden overreden
De raad besloot, om de nieu
we veldwachter, die gauw
daarna in Koedijk zou
begmnen, duidelijk de instruc
tie mee te geven dat hij op dit punt de situatie in de gemeente grondig moest verbe
teren en krachtig moest ingrijpen om paal en perk te stellen aan de hardrijders.
Vermoedelijk tengevolge van de door Ons Belang ondernomen actie kreeg St. Pancras
van Koedijk het verzoek: Willen jullie m een verordening vaststellen dat in jullie ge
meente de motorrijtuigen en de fietsen niet sneller mogen rilden dan 20 km. per uur,
dan breien wij daar op voort en stellen eenzelfde verordening vast voor het Zuidemde.
In St. Pancras werd een dergelijke verordening ontworpen voor Bovenweg -
Benedenweg - Noordeinde - Twuyverweg tot aan de Mirakelenbrug - de Kleine Weg -
de Kerkelaan - de Doorlopende laan - de Stuimellaan - de Pauwelaan - de
Zandboschlaan - de Bakkerslaan - de Stenenlaan - de Boeterslaan - de Achterweg en
de Achtergeestlaan.
Naast de snelheidsbegrenzing werd in de verordening nog bepaald dat er zonder
noodzaak nergens in de bermen mocht worden gereden en dat snelheidsovertreders
konden worden gestraft met een hechtenis van maximaal 6 dagen of een geldboete van
maximaal 25,-
Bij de behandeling van dit voorstel verklaarde Van Kampen dat hij beslist tegen was.
In de eerste plaats omdat er in St. Pancras niet hard werd gereden.
Gevaar voor de kinderen was er niet, want de Bovenweg was 416 meter breed en de
kinderen liepen achter de langs de weg staande bomen.
Ca. 1935 Snelverkeer bij de Benedenweg.
102
