80
Medio 1919 verspreidden zich geruchten in het dorp: de vroedvrouw heeft zich m de
nacht voor Hemelvaartsdag nogal opvallend gedragen en haar handelwijze wordt ten
zeerste gelaakt.
En op een zaterdagmiddag in augustus werd een spoedvergadering van de gemeen
teraad bijeen geroepen om de ongepaste levenswijze van de vroedvrouw te bespreken.
Staande de vergadering werd haar bericht dat ze onmiddellijk op het raadhuis moest
komen om haar ontslag aan te vragen. Ondanks herhaalde verzoeken weigerde Wiesje
Dekker aan deze oproep gehoor te geven.
Vandaar dat haar per brief werd bericht dat ze uiterlijk per 13 augustus a s. (4 dagen
later) haar ontslag moest aanvragen en zich anders voor de gevolgen moest wachten.
Het ontslag bleef uit en eveneens de gevolgen, waarmee de raad dreigde
Tenzij we de nog zuiniger houding van de Pancrasser raad wat betreft de salariëring van
de vroedvrouw hiertoe rekenen.
Om wat voor reden de verontwaardiging van de raad werd gewekt staat niet beschreven.
Vermoedelijk had men gehoord dat Wiesje het met de huwelijkse trouw niet al te nauw
nam en haar beroep had uitgebreid door naast aan vrouwen ook aan mannen speciale
verloskundige hulp te verlenen.
Gelukkig dat er ook andere berichten over de vroedvrouw klonken:
Mevrouw De Geus-Busscher vertelde een heel ander verhaal over juffrouw Dekker. Het
gezin waartoe de toen acht jaar oude Nel behoorde bestond uit vier personen: haar
moeder, die reeds jong weduwe was en drie schoolgaande kinderen. Ze hadden het vre
selijk arm. Moeder verdiende iets, maar niet genoeg om in hun onderhoud te voorzien en
dus moesten ze van de liefdadigheid leven
Geen wonder dat ze, weerloos als ze waren, alle vier geveld werden door de m 1918
heersende Spaanse griep: het gehele gezin lag te bed.
Geregeld deed buurvrouw Wiesje Dekker de nooit op slot zijnde deur even open en riep
dan "Ik zet hier een pannetje soep voor jullie neer
Bang voor besmetting gmg ze niet verder, maar deed ze meteen de deur weer dicht.
Degene van de vier zieken die zich het beste gevoelde stapte vervolgens uit bed en haal
de het pannetje met etenswaar op, zodat nieuwe krachten konden worden opgedaan om
de griep het hoofd te bieden.
Grietje Kliffen-Keizer ontmoette haar als kind ook enkele malen en vond haar een leu
ke en aardige vrouw).