De Spaanse griep.
50
loontje rond te komen. Daar kwam bij, dat een klem jaar na de trouwdag de ooievaar
op bezoek kwam en bij hen een stamhouder afleverde. Bij de geboorte van dit kind
kreeg ze de kraamvrouwenkoorts en raakte in een soort van coma. Toch drong het
op zeker moment tot haar door dat de dokter zei voor haar leven te vrezen. Ze bad
toen, dat de dokter toch niet gelijk mocht krijgen, want ze meende hier beneden nog
veel werk te moeten doen.
Tot verwondering van dokter Destrée haalde ze de volgende morgen en deze zei
daarop, dat hij nu hoop had dat ze toch weer zou herstellen. (De vrouw van Piet Gootjes,
Jo Oudes, overleefde de kraamvrouwenkoorts niet en overleed bij de geboorte van haar eerste kind)
Toen zowel zij als haar kind 'de pokken en mazelen' weer wat te boven was, pro
beerde ze met bollen pellen en ander beloond werk wat bij te verdienen en zo hielp
ze mee hun gezin er door te slepen.
Later overkwam het haar nog eens dat ze het op de dood afhaalde.
Ze werd aangereden, had een schedelbasisffactuur, het bloed liep uit de oren,
vandaar dat de met spoed gekomen dokter Destrée bijna geen kans op overleving
gaf. Wel kwam ze nog levend in het ziekenhuis aan. Maar ook daar was men aan
vankelijk pessimistisch gestemd: dagenlang bleef ze buiten kennis. Op zekere dag
herkende ze m de naast haar bed staande mijnheer dokter Destrée, hetgeen hem
ontlokte: "Nu je zover bent, geef ik je alle kans om weer de oude te worden."
Inmiddels is ze 'de tachtig' ruimschoots gepasseerd.
Uit mijn jeugd weet ik nog dat mijn ouders, die in twee heel verschillende delen van
Friesland waren opgegroeid, hun ervaringen met bovengenoemde ziekte uitwisselden
en dat ik als kind aanhoorde en dacht: "Dat moet toch wel heel erg geweest zijn". Nu
besef ik dit des te meer, door de wetenschap dat mijn vader en moeder in de tijd dat
de Spaanse griep hier heerste, in de jaren 1918-1919, de kmderschoenen nauwe
lijks of net nog niet waren ontgroeid.
Een Pancrasser herinnering luidde: De Spaanse griep was hier bar erg. Bijna ieder
een lag toen te bed. Het heerste in heel Nederland. Er stierven vrij veel mensen aan.
Ook de eerste vrouw van Klaas Glas overleed toen."