40
In de daarop volgende jaren groeide het Kruiswerk gestaag.
In 1927 probeerde men hier een wijkzuster te krijgen. Leden van het Witte Kruis
konden naar keuze aan deze gezmszorg, waarvoor apart moest worden betaald, deel
nemen. "Een commissie van drie": Kikkert (Oudorp), Aart Schuur (Zuideinde -
Koedijk) en meester Sinjewel (St.Pancras) gmg aan het werk.
St. Pancras was te klein om een wijkverpleegster te kunnen bekostigen en had niet
voldoende patiënten om voor voldoende werk te zorgen, vandaar dat Koedijk Zuid en
Oudorp waren gevraagd mee te doen. Spoedig had het comité ca. 475 leden voor de
wijkverpleging (Pancras 225 Zuidernde 120 en Oudorp 124).
Indien de drie gemeenten subsidie gaven, kerken en armbesturen ook meehielpen en
de leden 1,- contributie per jaar betaalden, kon men een wijkzuster bekostigen,
(salaris verzekeringen voor pensioen, ziekte e.d. onkosten raamde men op 1900,-)
De gemeente Oudorp wilde aan deze opzet niet meedoen, want er werd niet beloofd
dat er een katholieke wijkzuster zou worden benoemd.
In 1930 deden Pancras en Koedijk een volgende poging. Aanvankelijk wilde St. Pan
cras de toezegging dat de wijkzuster hier zou komen wonen, omdat St. Pancras
Zuidernde samen meer bewoners hadden dan de Kanaaldijk. Dit struikelblok werd
door raadslid Lek aan de kant geveegd met: "Nu we een vernieuwd Daalmeerpad
hebben, mogen we niet meer spreken van een onoverkomelijke afstand".
Op 1 februari 1931 vestigde mej. van Noppen zich als wijk
zuster van de gezinsverpleging zich ten huize van D. Min-
nesma. Aan haar de taak de dorpsbevolking vertrouwd te ma
ken met meer hygiëne, thuisverpleging, zuigelingen- en kleuter
zorg. 's Zomers ging ze per fiets de wijk in en droeg ze een
verpleegstersuniform met een daarbij behorende blauwe sluier.
Later was ze 's winters gehuld in een zwarte leren jas en
maakte ze gebruik van een bromfiets.
Wil Geluk vertelde o m.: Ze kwam vaak bij ons thuis en daaraan bewaar ik de vol
gende herinneringen: In de hongerwinter waren we besmet met schurft. In de kamer
heeft ze ons toen geschrobd met groene zeep. En daarna werden we ingesmeerd met
speciale zalf. Jaren later rook je die zalf nog in je pyama.
Volgens mijn moeder was zuster Van Noppen dol op baby's. Toen mijn eerste was
geboren in 1953 en ik daarmee bij mijn moeder kwam, deed ze me voor hoe hij in
bad moest.