Alleenzijn de huidige doktersrecepten vaak voor een leek vaak moeilijk
te lezen, het schrift van 'Meester' Van der Sluys was vaak helemaal onlees
baar en niet te ontcijferen
Maar zijn verhaal is wel te volgen.
Dit verhaal, in briefvorm, werd gemaakt naar aanleiding van een vraag van de
Alkmaarse Commissie van Toevoorzigt De heren hadden gehoord dat er
zich in Oudorp een ernstig ziektegeval voordeed en ze vroegen aan Van der
Sluys hen in te lichten over zijn bevindingen en zijn behandeling van de zie
ke^)
De brief van Van der Sluys luidde:
41
Sl. Pancras, 2 Oktober 1846.
Weledele Heer,
De 22" September jongstleden werd ik bij Pieter Hakker, landman in de
gemeente Oudorp geroepen om naar twee van zijn kinderen te kijken en
waarvan ik bij nader onderzoek vond dat ze lijdende waren aan een febris
putrida gecombineerd met typhus abdominalis kenbaar aan de volgende
symptomata:
De een, een meisje van elf jaar, had een erg rood opgezet gezicht met een
loodkleurige kring om de wangen,
bij het andere meisje van 9 jaar was het gezicht aard vaal en zeer ver
magerd.
Beiden lagen zij in eene toestand aan sluimering gelijk, de met tranen ge
vulde ogen waren half geopend en de blik was strak en treurig.
Op de bovenste oogleden vertoonde zich een blauwe vlek, vooral op het lin
ker, de lippen en tanden waren met een zeer swart taai slijm bedekt en ge
spleten, een dun opgelost stinkend bloed vloeide onophoudelijk, doch in
kleine hoeveelheid uit de half geopende monden.
Hen aansprekende werd ik dadelijk gewaar dat bij beiden hardhorendheid
aanwezig was, echter bij de jongste in meerder graad dan bij de oudste. De
tong van deze zag bruinrood, zeer droog, gespleten, die van de jongste was
zeer dik en opgezet dat dezelve niet over de tanden gebracht kon worden.