67
Hierdoor werd het de schaatsenrijders moeilijk gemaakt om bij de baan te
komen. Het ijsclubbestuur nam maatregelen om de baan bereikbaar te maken. In
de beginjaren had men in het Zuideinde een vlet in het slof liggen om de
oversteek te vergemakkelijken, later had men beunen en posten (een eenvoudig
bruggetje, bestaande uit een loopplank en een leuning)
Een heel bekende baanvegers was Dirk Sluis (in de volksmond Kuuk Sluis)
Ouderen zien hem nog staan: een druppel, hangend aan zijn neus - weggedoken
in een grote duffelse jas - zwaaiend met een takkenbezem - roepend: "Van de
baan, van de baan, Daar komen de rijers aan
Een andere, bekende baanveger was Cor Tromp, de vader van Piet Tromp
Toen er stemmen opgingen dat deze manier van schaatsen, mede door het sloft,
toch wel erg gevaarlijk was, ging men zich, begin 1946, bezinnen op een
landijsbaan.
Eerst dacht men een oplossing te hebben in het land van Anton Wit. Deze wilde
het wel verhuren. In het najaar kon het onder water worden gezet en in het
voorjaar moest men het water er weer aflaten lopen. Hij vroeg hiervoor, als het
tijdens een winter werkelijk als ijsbaan zou worden gebruikt, 120,— en als het
geen vriezend weer werd, dan 60.—.
De notulen van de ijsclub vertellen niet duidelijk waarom de aanvankelijke
plannen niet doorgingen. Vond men het te duur Of wist men niet hoe de baan
onder water moest worden gezet Of vond men het idee van de heer G Tol
beter uitvoerbaar Die stelde voor een lage akker te zoeken, deze onder water
te zetten en 's winters als ijsbaan en 's zomers als zwembad te gebruiken. De
vragen en ideeën werden wel genotuleerd, de antwoorden niet
Enkele maanden later bood Jb Kerkmeer zijn land te huur aan voor een ijsbaan
en maakte alvast een plan hoe een en ander dan moest worden uitgevoerd.
In juni 1946 wendde de IJSCLUB St. PANCRAS zich met een open brief,
vermeld in een boekje vol met advertenties van de plaatselijke middenstand tot
het
Bij velen lag nog vers in het geheugen het tragische verdrinken van het vierjarig doch
tertje van de familie Bas de Hartigh in januari 1940. liet kind was naar de buiten-w.c. ge
gaan. Toen het niet terug kwam, ging de vader kijken waar het bleef Op het ijs, bij het
sloft, zag hij slechts twee klompjes. Met zijn buurman P. de Wit heeft hij toen zijn kind leven
loos uit het water gehaald.)
Geacht Publiek van St. Pancras, Zuideinde gemeente Koedijk en Oudorp tot
aan de Halvemaansbrug