44
Het is in deze oorkonde dat we voor het eerst lezen over Koedijk als een vestiging,
ontstaan dus op aanwijzing van Graaf Willem III en met als eerste bewoners de
overlevenden van Vroonen.
Deze Henegouwse graaf toonde aldus aanzienlijk meer erbarmen voor deze
mensen dan zijn vader; hij regeerde 33 jaar en ging als "de goede" de
geschiedenisboeken in.
Keren we terug van de zoon, naar het vonnis van de vader in 1299.
Na de boetebepalingen verordineert Jan van Avesnes dat Jan I van Holland aan een
ieder zijn schuld aan de misdaden zal kwijtschelden en vergeven, dit laatste
uiteraard in de verwachting dat de opgelegde boetes betaald zullen worden.
Ook hier een uitzondering, want van Avesnes wijst vier met name genoemde
mannen: "omme hair grote misdaet.voor "ewelike uyt den lande.
We weten niet waaruit hun "misdaad" bestond, misschien waren het de leden van
Westfrieslands hoogste bestuurscollege en uit dien hoofde verantwoordelijk voor
de dramatische beslissing in Vroonen slag te leveren.
We laten nu de overige bepalingen uit het vonnis van Jan van Avesnes voor wat ze
zijn en werpen een blik op de derde en laatste oorkonde
Hierin verleent Jan I van Holland, bij gezag en met instemming van Jan van
Avesnes, een landrecht aan West-Friesland Het is hier niet de plaats diep in te
gaan op het verschil tussen dit landrecht en de onder Floris V afgesloten verdragen,
we volstaan met de constatering dat dit landrecht op belangrijke punten
overeenkomt met het landrecht in 1292 door Floris V aan Kennemerland verleend
De invoering van een nieuw rechtscollege (baljuwsgerechten) en een daaraan
gepaard gaande verdergaande feodalisering zijn de meest bepalende elementen
voor Westfrieslands nieuwe toekomst