42
En wat werd het lot van West - Friesland en meer in het bijzonder dat van Vroonen
en zijn inwoners
Het is hierboven al gezegd, de slag bij Vroonen betekende het definitieve einde van
elke aspiratie in de richting van een autonome Westfriese staat.
Het wachten was slechts op het vonnis dat de graaf van Holland zou wijzen, met
betrekking tot de vele delicten gepleegd tegen de met Floris V gesloten verdragen.
Die uitspraak kwam van Jan van Henegouwen, ongeveer een week nadat deze het
bestuur over Holland, Zeeland en West-Friesland had overgenomen, maar nog
vóór het overlijden van de jonge Jan
Er bestaan met betrekking tot het vonnis in totaal drie oorkonden, alle gedateerd 7
november 1299
In één ervan erkennen raad, schepenen en gemeenten van West-Friesland hun
jegens graaf Jan I van Holland gepleegde misdrijven en onderwerpen zich aan het
vonnis dat Jan van Avesnes hierover zal wijzen.
De oorkonde vangt aan met de, in de middeleeuwen in dit soort gevallen
gebruikelijke, dramatische bekentenis
Een tweede oorkonde bevat het eigenlijke, door Jan van Avesnes gewezen,
vonnis.
De hoofdstraf is een boete van 18000 Hollandse ponden, in delen te betalen over
een totale periode van vier jaar. Om enig gevoel te krijgen voor dat bedrag: de
totale inkomsten van Floris V over het jaar 1281 bedroegen 21000 Hollandse
ponden
Een formidabele boete dus, waaraan een aantal met name genoemde dorpen -
waaronder Vroonen - niet hoefden mee te betalen Dat laatste overigens om zeer
uiteenlopende redenen
"Wi raet, scepene ende ghemeente van al Westvrieslant
maken cont allen lieden, dat van der groeter mesdaet
die wi mesdaen hebben
alse van den wighe (strijd) die wi tieghens hem
vochten te Vroene, ende van dat wi sine huse braken