Epiloog. Hoe liep het af met onze hoofdrolspelers? Beschouwen we eerst, de ogenschijnlijk besliste strijd om de macht in de graafschappen. Na de slag bij Vroonen, trekt de jonge graaf met zijn Raad door stad en land om te worden ingehuldigd. Melis Stoke weet te melden dat Jan van Renesse (hij weer) zelfs benoemd werd tot baljuw in Zuid-Holland (zeg maar de plaatsvervanger van de graaf) Hij voegt daar enigszins mysterieus aan toe dat men dat hèm verzwegen had, maar hij wel wist waarom die benoeming had plaatsgevonden. Een wetenschap die hij dan overigens wel weer voor ons verborgen houdt. Stoke wist méér dan hij zich kon permitteren te vertellen. Maar ook voor ons komt er tekening in de zaak, we beschikken over een tweetal oorkonden, gedateerd 30 april en 2 mei 1297 - ruim een maand dus na de vernietiging van Vroonen- waarin graaf Jan I belooft in alles de raad van Wolfert van Borselen te zullen opvolgen en ook het financiële beheer van de graafschappen aan deze opdraagt Opvallend aan deze oorkonden - waarvan de eerste op Nyenrode(?) is opgesteld - is m i. dat de tekst geen andere namen bevat dan die van de twee hoofdrolspelers, geen verklaring van instemming van de overige leden van de Raad, geen getuigen! Maar hoe dan ook, één ding is duidelijk, Wolfert van Borselen heeft de macht gegrepen en werkt hard aan het behouden daarvan. Daartoe moet afgerekend worden met twee belangrijke medestrevers. Het is de aanleiding tot een van de bekendste spektakelstukken van de Nederlandse geschiedenis. Als graaf Jan I te Reimerswaal - in Zeeland - vertoeft, komt men in de Raad overeen dat Jan van Renesse hen zal vertegenwoordigen bij de in Bergen op Zoom te houden onderhandelingen met Brabant, terwijl Dirk van Brederode wordt verzocht om een belangrijke zaak in Zierikzee af te handelen. Als beiden zijn vertrokken neemt Wolfert van Borselen de jonge graaf onder zijn hoede en neemt zijn intrek op zijn Veerse burcht, de Sandenburch 38

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

De Klin - Sint Pancras | 1997 | | pagina 170