auto dat hij pech had en dringend gebrek had aan 'dat-en-dat' onderdeel en dat hij en zijn maat vijf huizen verder een slaapplaats hedden gevonden. "Het moet al gek gaan, als hier geen Nederlander voorbij komt, die ons kan helpen" zei Jan, zijn logies op zoekend. Inderdaad werden ze de volgende morgen door een Nederlandse collega uit bed gebeld. In het begin van de vijftiger jaren emigreerde Jan Kooy naar Australië. We vroegen hem iets te vertel len over zijn Hollandse tijd. Hij schreef ons o.a.: Ik zal mijn oude hersens onderzoeken om er wat in te vinden dat u gebruiken kunt voor de Klin. Ik ben me ervan bewust dat sommige feiten na al die jaren niet zo precies meer zijn. Dat is geen wonder, want ze zijn intussen meer dan 85 jaar oud. Ik begin maar met de eerste jaren. Op 1 april 1915 ging ik voor de eerste keer naar school. Mijn moeder had geen tijd om me weg te brengen, want die moest om de winkel denken. Die winkel was in het huis dat mijn broer Jaap ook bewoond heeft, (zie verder Moe gaf me mee met Aaltje Muurling, want die moest ook haar zusje Bartje meenemen. De eerste juffrouw was juffrouw Bood. De school was van 8.30 - 11 en 's middags van 1 - 3 uur. Ik had nogal eens moeilijkhe den om mijn klompen terug te vinden als we uit school gingen. Dan liet juf de andere kinderen uit de eerste klas eerst hun klompen aantrekken en die er dan over waren, waren de mijne, (maar 't klopte niet altijd Toen moest ik ook 's zondags naar de zondagsschool, waarvan mijn vaders oom Jaap Kooy de leider was. Ik herinner me ook de grote kastanjeboom op dat plein voor de smederij van Jan Modder. Daar tegenover was de bakkerij van Ab Gutter. Hij was de broer van Kees Gutter, de brievenbesteller van Jan van Kampen. Die had in die tijd een postkantoor tegenover het huis van burgemeester Jaap Kroonenburg. Dat is in die tijd gebouwd, ongeveer tegelijk met het huis van dokter Melchior. Toen was op het Kerkplein ook de stal nog, die we naar ik meen, de stal van Teun Ruys noemden. Het huisje, waar ik later in woonde, op de hoek van de Vinkenlaan, is gebouwd voor de vader van Arie en Simon Stammes. Die was eerder burgemeester geweest, maar daarvoor werd hij te oud en toen heeft de gemeente dat huisje voor hem gebouwd, het kostte 900,--. Aan de andere kant van de Vinkenlaan was de bakkerij van Arie de Vries. Ik moest daar in de eerste wereldoorlog vaak brood halen, een brood van 800 gram kostte 18 cent en je moest er broodbonnen voor geven. Later ging De Vries rentenieren en liet hij een nieuw huis bouwen achter de bakkerij, dat was het eerste huis aan de linkerkant van de Vinkenlaan, Later liet Cor Kloosterboer daar tegenover de vetboet bouwen. Dat vetsmelten heeft niet -82-

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

De Klin - Sint Pancras | 1996 | | pagina 84