-88-
's nachts door. Nooit vergeet ik de jongeman, die was
ondergedoken op de Stichting en bij ons als broeder
werkzaam was. Hij klom op de 17e september langs de
regenpijp omhoog naar het dak en zwaaide met een vlag,
wel 2 0 meter hoog.
Hij trok met de Britten mee op een tank, richting
Arnhem. Er is nooit meer iets over hem vernomen, hij
staat nog altijd als vermist te boek.
Op provisorische manier was het mogelijk om in de
Centrale Keuken wat warms te maken. Meestal stamppot.
Ook veel mensen uit het dorp aten mee.
Tien dagen later werd er via radio Oranje een nieuw
bombardement aangekondigd. Dus was het evacueren ge
blazen. Kasteel Hoekelum in Ede leek ons een goede
plaats. Mensen, die moeilijk liepen, werden per krui
wagen vervoerd. Om de beurt moesten de personeelsleden
kruien
Na aankomst konden we op stro in enkele ontruimde ka
mers slapen. Enige dagen later gingen we naar een vil
la in het dorp. De patiënten waren totaal ontredderd.
De bevolking was zeer vriendelijk en hielp, zo goed en
kwaad als 't ging.
Drie dagen daarna gingen we per paard en wagen naar
Lunteren. Dit was reeds gevaarlijk en werd dit nog
meer, toen een Joods meisje, rechtop staande, dus heel
opvallend, begon te zingen: "Je ne regrette rien."
Natuurlijk kregen we onderweg weer kontróle, maar dit
ging gelukkig goed.
We werden ondergebracht in een herstellingsoord, maar
moesten al gauw weer verder. Nu naar 's Heerenloo -
Loozenoord in Ermelo
Toen we daar over de paviljoens waren verspreid, ging
het weer enigszins normaal. Zelf kwam ik op de naaika
mer te werken. Langzaamaan keerde de rust terug. We
werden wel erg hongerig, want het eten wat we daar
kregen was véél minder in hoeveelheid en in kwaliteit.
In Wolfheze had de huismeester een grote voorraad aan
gelegd. Dat ontdekten we, toen de deuren vanwege het
bombardement niet meer op slot konden. Veel mensen
namen toen mee wat van hun gading was