-39-
klommen we als katten over de poort, dan behoefden we
niet om te lopen. Dit had tot gevolg dat de poort werd
afgezet met prikkeldraad. Dus moesten we weer wat
anders verzinnen.
Aan de ene kant van de schutting stond een vaste lad
der naar het dak van de fabriek, aan de andere kant
stonden twee afzuigkokerswaartussen precies een
ladder kon staan. Dat viel niemand op. Vandaar dat we
daarna over het dak naar de andere kant gingen. Dit
duurde tot ook dat vastliep.
Eens kreeg ik net voor etenstijd van mijn chef werkop
drachten voor de komende middag. Meteen daarop ging de
zoemer: etenstijd.
Ik ging het dak op en kwam aan de andere kant naar
beneden. Net passeerde mijn chef de poort. Hij riep me
terug en vroeg waar ik vandaan kwam. Liegen had weinig
zin, vandaar dat ik iets raadselachtig, zei: "Uit de
lucht." Zijn reactie daarop was: "Geen flauwe kul,
zeg op, hoe kom je hier
Op dat moment kwamen mijn collega's al pratend over
het dak aan. Hoofdschuddend zei hij: "Het is onvoor
stelbaar wat die broeders maken
Er werd niet gescholden, we kregen geen schrobbering,
maar wel werd de ladder weggehaald en voortaan konden
we omlopen.
Medio april 1944 waren we weer aan de beurt om gebom
bardeerd te worden.
Rondom ons vielen de bommen
Er viel een bom op het plein voor de fabriek, schut
ting en poort werden helemaal weggeslagen. We behoef
den niet meer om te lopen.
Onze was- en douchegelegenheid en onze kookplaats
waren weggeblazen. Vlak er achter waren vier bommen
gevallen
Het puinruimen en glaszetten kon opnieuw beginnen.
Vaak kwamen buurtbewoners bij me met hun draairamen.
Dat leverde meestal een brood- of tabaksbon op en was
dus een mooie aanvulling van mijn rantsoen.